ZOA-directeur Chris Lukkien ging naar Congo: "We kregen vijf zakken rijst als blijk van waardering"
“Ik ben veel bezig met het beleid en de grote lijnen. Maar het is ook belangrijk om mensen in nood zelf te spreken”, zegt Chris Lukkien. Hij is sinds mei 2017 directeur van ZOA en reist regelmatig naar Afrika, Azië en het Midden Oosten om daar projecten te bezoeken die stabiliteit en vrede bevorderen. Onlangs ging hij naar DR Congo om de voortgang van het Integrated Water Resource Management programma te bekijken. “Dat is een groot project, een samenwerking met meerdere hulporganisaties. We willen landbouwgrond verbeteren zodat mensen er een beter bestaan kunnen opbouwen.’’
Hoe heb je de reis ervaren?
"Het was niet de eerste keer dat ik in Congo was, ik ben er twee jaar geleden ook geweest. Toch valt me steeds weer op hoe slecht het land er eigenlijk voorstaat. De wegen zijn kapot, er is nauwelijks elektriciteit en er is veel armoede. Congo is een heel complex land, er heersen al jaren allerlei interne conflicten. In die moeilijke context probeert ZOA hoop te brengen onder de lokale bevolking. Stabilisatie en vredesopbouw zijn de speerpunten van de projecten die we daar uitvoeren.
In het oosten van Congo zorgen we voor een goed irrigatiesysteem waardoor er ongeveer 1000 hectare vrijkomt voor rijstvelden. Dat doen we door het herstellen van een oude dam en een kanalensysteem. Het is een prachtig project omdat het de mensen van voedsel voorziet en daarmee bevordert het ook vrede. We hebben goed contact met alle betrokken partijen: stamhoofden, boeren, en overheid. Daarnaast kijken we ook naar zaken zoals verbeterde landbouwtechnieken en landrechten. Dat laatste doen we om kleine boeren een stukje zekerheid te geven dat hun land niet plotsklaps afnomen wordt. Ook bekijken we hoe straks de extra productie van rijst het beste aan de man gebracht kan worden. Op die manier stimuleren we de lokale economie."
Hoe is God aan het werk daar?
“Dat is heel bijzonder. Binnen ons team dragen we ‘s ochtends de dag aan God op, lezen een stuk uit de Bijbel of een bijbels dagboek en bidden we met elkaar. Daarin zie je terug hoe zeer het geloof een rol speelt bij onze medewerkers, maar ook bij de mensen van het land. Soms lijkt het geloof de enige houvast te zijn die de mensen daar hebben."
Hoe ben je betrokken geraakt bij ZOA?
“In 1993 werd ik voor het eerst uitgezonden. Vanuit Kenia ben ik met mijn vrouw vier jaar werkzaam geweest voor ZOA. Daarna heb ik lang voor de MAF gewerkt eerst in Tanzania en daarna vanuit Engeland. Nu ben ik na 20 jaar weer terug bij ZOA als directeur. Dat betekent dat ik veel bezig ben met beleid en de grote lijnen. Maar ik vind er ook belangrijk zelf betrokken te blijven bij de mensen in nood. Zo hoor je uit eerste hand wat mensen hebben meegemaakt en hoor je ook de impact die ZOA’s activiteiten hebben gehad op hun leven. Dat is enorm motiverend om te horen!
Zo waren we in Congo bijvoorbeeld op bezoek bij een boeren cooperatie. Ze waren met een man of 30 en vertelden hun verhaal. Als dank voor de ondersteuning van ZOA kwamen ze vervolgens aan met 5 grote zakken rijst van 25 kg. Het was ontzettend mooi dat ze zo heel concreet hun waardering lieten blijken."
Staan de mensen open voor het evangelie?
"Dat is het grote verschil met Nederland en de landen waar wij werken. Hier is de vraag: ‘bestaat God of niet?’ Die vraag leeft in Afrika helemaal niet. Het is meer: ‘in welke God geloof jij?’ Men weet dat God er is. Maar wie God is daar verschillen de meningen over. In zekere zin is geloven veel natuurlijker en meer geïntegreerd in het dagelijks leven. In die zin staan mensen zeker open voor het evangelie. Overigens is ZOA geen zendingsorganisatie, wij zijn gemotiveerd vanuit ons christelijk geloof en willen mensen die lijden als gevolg van oorlogen en rampen praktische hulp geven."
Ga je er in de toekomst nog een keer heen denk je?
"Op korte termijn staat er niets op de planning maar veldbezoeken blijft een belangrijk onderdeel van mijn werk. Ik ben al 26 jaar betrokken bij dit werk nu en dat is een heel bewuste keuze geweest. Echt een persoonlijke roeping. Ik weet nog goed dat ik op een moment bij mezelf te rade ging en speelde met de gedachte om een ‘normaal’ gezinsleven met een normale baan in Nederland te hebben. Maar dit is toch echt een roeping voor het leven gebleken, zo ervaar ik dat."
Praatmee