Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
‘Euthanasie is geen moord, gaat niet tegen iemands wil in.’ Dominee Piet Schelling waarschuwde in zijn recente brief voor een koppeling tussen ‘gij zult niet doden’ en euthanasie. Hij richtte zijn boodschap aan dominee Jan Belder met wie hij op CIP.nl een briefwisseling is aangegaan. Schelling is van mening dat geloven in God en kiezen voor euthanasie heel goed samengaan, terwijl Belder principieel tegenstander is van euthanasie. Vandaag is het tijd voor de slotbrief van dominee Belder.
De euthanasiepraktijken van nazi-Duitsland zijn en blijven voor mij het befaamde schip op het strand dat als baken in zee fungeert. Ik maak geen vergelijk, zet geen 'is-gelijk-teken', beschuldig niemand van nazipraktijken, maar refereer wel aan de Duitse euthanasiegeschiedenis. Die begint in de tweede helft van de negentiende eeuw, toen de vraag opkwam of het ethisch aanvaardbaar is onder bepaalde randvoorwaarden ongeneeslijk zieken te laten sterven. Die discussie startte in Engeland, maar werd al snel daarna in Duitsland gevoerd. In 1895 verscheen een brochure van de hand van – toen nog filosofiestudent – Adolf Jost: 'Das recht auf den Tod', een krachtig pleidooi voor euthanasie. In uitzonderlijke omstandigheden moest ook de staat het recht hebben om mensen te laten sterven. Een kwart eeuw later schreven de rechtsgeleerde Karl Binding en hoogleraar psychiatrie A. Hoche 'Die Freigabe der Vernichtung lebensunwerten Lebens' (Vrijbrief tot beëindiging van zinloos leven). Via de filosoof Nietzsche met zijn ideaal van een krachtige, vitale samenleving is de stap naar het 'Führerdecreet' niet meer heel groot: laten sterven op medische gronden wordt de nieuwe geaccepteerde moraal.