Ombudsman NRC: artikel over censuur in lesmateriaal refoscholen veel te zwaar aangezet
Vorige week publiceerde NRC een groot artikel waarin men onder meer meldde dat een vanuit reformatorische scholen wordt gelobbyd bij uitgeverijen om lesmethoden aan te passen. Men stelde vast dat de uitgeverijen censuur toepassen om reformatorische scholen niet kwijt te raken als klant. De ombudsman van de NRC stelt nu dat het artikel ”veel te zwaar is aangezet”.
In het artikel dat in de krant verscheen, werd uitgeverijen van lesmethodes op scholen verweten dat ze censuur toepassen. Daarvoor werd vanuit met name reformatorische hoek ook flink gelobbyd, zo viel in het artikel te lezen. Men sprak met auteurs en tekenaars die door uitgeverijen worden ingehuurd om te helpen bij het ontwikkelen van lesstof. Deze freelancers kregen van de uitgeverij de opdracht om ’aardse zaken’ in lesstof te vermijden. Daarbij worden voorbeelden genoemd als carnaval, kermis, make-up en tatoeages. Het gaat volgens de krant om de vier grootste educatieve uitgeverijen van ons land: ThiemeMeulenhoff, Zwijssen, Malmberg en Noordhoff. NRC concludeerde dat er sprake is van censuur bij uitgeverijen, onder druk van het reformatorisch onderwijs.
In zijn bijdrage in de NRC afgelopen zaterdag, reageert ombudsman Sjoerd de Jong op het artikel. Hij stelt aan de ene kant dat het een onthullend en interessant verhaal is, maar schrijft tegelijkertijd dat de ’ernst en omvang van de inhoudelijke en didactische schade’ onduidelijk blijft. Hij noemt de concrete voorbeelden in het artikel van de ingrepen in lesmateriaal ’kleinzerig-cosmetisch’ zijn. ’Uitgeverijen die hun afnemers tevreden willen houden (70 procent van de leerlingen zit op een bijzondere school) zijn ook nog iets anders dan overheidscensuur zoals in China of Hongarije’, aldus De Jong.
Even later schrijft de ombudsman dat het zeker niet zijn bedoeling is om het artikel als oninteressant af te doen. ’Maar ik vind wel dat de krant de ’censuur’ veel te zwaar aanzette, waardoor je de indruk krijgt dat schoolkinderen onwetend worden gehouden. Waarom geen minder beschuldigende focus, zoals Makers van schoolboeken boos over ’censuur’.’
Praatmee