Drs. J. van 't Spijker promoveert aan Theologische Universiteit Apeldoorn
Op 1 oktober 2021 hoopt vervolgens drs. J. van 't Spijker te promoveren. Titel van zijn proefschrift is ‘To Participate in God’s Mission: Looking for an ecclesial structure to be a witnessing church today’.
Samenvatting van het onderzoek
De opkomst van de zogenaamde “zendingsgemeenten” binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland rond de eeuwwisseling confronteerde dit kerkgenootschap op een zeer directe manier met de vraag hoe vormgegeven moet worden aan het kerk-zijn in een missionaire context.
Dit onderzoek, dat een bijdrage wil leveren aan het vinden van een antwoord op die vraag, onderzoekt allereerst het missionair-ecclesiologische debat zoals dat plaatsvond in de wereldwijde missionaire beweging van de 20e eeuw. De internationale zendingsconferenties vanaf 1910 tot 2010 worden bevraagd op centrale thema’s die met dat missionair-ecclesiologisch debat samenhangen. Daarbij is zowel gekeken naar de conferenties die, sinds het eind van de Tweede Wereldoorlog, georganiseerd werden vanuit de kring van de Wereldraad van Kerken, als ook naar de congressen die vanuit de zogenoemde Lausanne Beweging werden gehouden.
Het onderzoek maakt duidelijk dat zending (missie) moet worden verstaan als een duidelijk onderdeel van het heilsplan van de Drie-enige God, en dat Hijzelf voor de realisatie ervan zorgt in de missio Dei. De kerk is niet alleen de vrucht van deze missie van God, maar is ook in haar bestaan en leven betrokken in deze missie. In en door de kerk zet de Drie-enige God Zijn heilswerk in de wereld voort. De kerk is de gemeenschap van het Koninkrijk van God, die in de tijd tussen de hemelvaart en de wederkomst van Christus, participeert in de voortgaande uitvoering van het de missio Dei.
Vervolgens wordt onderzocht hoe door vier missionaire theologen die van fundamentele betekenis zijn gebleken in de gereformeerde context in Nederland over deze thematiek is gesproken. Achtereenvolgens wordt het werk van Johan Herman Bavinck, Hendrik Kraemer, Johannes Verkuyl en James Lesslie Newbigin bestudeerd. Er blijkt een duidelijke aansluiting bij het internationale discours, waarbij het eigen spreken van de bestudeerde missiologen in de specifieke context van hun tijd daar concreet richting en invulling aan heeft gegeven. De kerk is in haar bestaan en handelen onderdeel van het voortgaand heilshandelen van God.
Daarna is de missiologische discussie gedurende de laatste eeuw binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland onderzocht. Daarbij is gelet op wat er op de verschillende niveaus is bijgedragen aan deze discussie. Wat blijkt uit “officiele” stemmen, zoals vastgelegd in synodale acta en rapporten van deputaten voor evangelisatie, en wat wordt duidelijk als geluisterd wordt naar de stemmen uit het werkveld? Het wordt duidelijk dat er weliswaar een ontwikkeling is waarin het bewustzijn dat de kerk haar bestaan heeft in een missionaire context toeneemt, maar de vertaling van dat bewustzijn als het gaat om beleid en inrichting van het kerkelijk leven blijft achter bij die ontwikkeling. Er is sprake van ambivalentie, onder anderen uitkomend in het oneigenlijke onderscheid tussen “normale” en “zendingsgemeenten”.
Tenslotte worden alle onderzochte bronnen samengebracht. De respectieve thema’s die in deze studie onderzocht zijn bieden in hun innerlijke samenhang een ecclesiologisch kader waarin zowel de identiteit van de kerk als haar relatie tot de wereld tot hun recht komen. Er worden fundamentele elementen zichtbaar die richtinggevend zijn als het gaat om het zoeken naar een kerkelijke structuur om een getuigende kerk te zijn in de context van vandaag. Immers, als de kerk participeert in Gods missie, zal ze haar leven en organisatie, haar structuur, op dat ingeschakeld zijn in die missie (moeten) richten en inrichten.
Jan van ’t Spijker
Jan van ’t Spijker werd op 31 januari 1960 te Drogeham geboren. In 1985 legde hij het kandidaatsexamen theologie af aan de TUA . Op 21 juni 1985 werd hij bevestigd als predikant van de Christelijke Gereformeerde Kerk te Nieuw-Amsterdam. Daarna diende hij de gemeente van Zwijndrecht (van oktober 1991 tot eind 1996). Op 1 januari 1997 trad hij in dienst van deputaten voor de buitenlandse zending. Hij werkte als toerustingspredikant in Mozambique in een, samen met Rádio Trans Mundial opgezet interkerkelijk project in de provincie Zambézia. In 2005 werd hij, terug in Nederland, predikant van de gemeente van Hoogeveen.
In januari 1997 deed hij doctoraalexamen waarbij hij een scriptie schreef op het snijvlak van kerkgeschiedenis en missiologie, over Voetius’ traktaat De Prima Plantatio et Collectio Ecclesiae, aut Ecclesiarum: de eerste gereformeerde zendingstheologie. In 2008 werd hij in een parttime aanstelling benoemd tot docent missiologie en evangelistiek aan de TUA. Per 1 september 2011 beëindigde hij zijn werk als gemeentepredikant en kwam volledig in dienst van de TUA, waar hij naast de missionaire vakken ook poimeniek en diakoniek geeft en sinds 1 september ook werkzaam is als mentor en studentenpastor.
Hij is in 1980 getrouwd met Fennie van der Veen. Zij hebben twee kinderen, Marianne (1999) en Jochanan (2001).
Praatmee