Kan God kwaad doen en is het rechtvaardig als Hij straft?
"Ik ben ervan overtuigd dat God niet de auteur is van de zonde. Toch treft Hij soms mensen met Zijn straffen. Vaak is er dan een ander die het uitvoert. Hij bestuurt het dan tot Zijn doeleinde zonder dat Hij het kwaad doet. Toch snap ik dat soms niet helemaal, want je zou kunnen zeggen dat Hij toch direct zelf iemand zou mogen straffen. Dat zou voor een zondig mens niet onrechtvaardig zijn en God zou daar dan toch geen kwaad of zonde mee doen? God is toch ook rechtvaardig?! Is het - zeg maar - soms ook niet gerechtvaardigd dat God ‘het kwade’ doet?", aldus een vragensteller in de vragenrubriek van Refoweb.nl.
"Inderdaad is God nooit de auteur van de zonde", antwoordt ds. H. D. Rietveld. "Hij kan absoluut geen kwaad doen. Dat doet de duivel en alle mensen die in zijn spoor leven. Als ik de vraag goed begrijp denkt de vraagsteller (of -stelster) dat wanneer God de zonde straft Hij daarmee iets kwaads verricht. Dat lijkt me een denkfout. Wanneer God het kwade straft doet Hij juist iets goeds, iets rechtvaardigs. Hij reageert namelijk op het kwade door recht te doen. Dat kan toch alleen maar positief gewaardeerd worden. In Openbaring 19:2 hoort Johannes de verlosten Gods rechtvaardige oordelen over een goddeloze wereld alleen maar bijvallen.
Het gaat om het uitroeien van de zonde respectievelijk het straffen ervan met gerechtvaardigd geweld om zo te zeggen. De middelen daarvoor zijn in Gods hand. Dat is nog wat anders dan dat de HEERE het kwade ten goede kan gebruiken. Daar wist bijvoorbeeld Jozef van mee te praten, wanneer hij achteraf Gods leiding in zijn leven ziet (Gen. 50:20). We zien in de Bijbel vaak dat God het kwade tot op een bepaalde hoogte toe laat, namelijk om er toch iets goeds uit te laten voortkomen.
Hoe kon het in de hemel gebeuren dat een hoofdengel wilde opstaan tegen de almachtige en algoede God? Mijn advies is om zulke dingen maar niet te willen doorgronden. Ons denkend verstand is te klein om zulke dingen op goddelijk niveau te doorgronden." De christelijke gereformeerde emerituspredikant verwijst naar Deuteronomium 29:29, waar Mozes zegt dat 'de verborgen dingen zijn voor de HEERE, onze God, maar de geopenbaarde zijn voor ons en onze kinderen tot in eeuwigheid, om te doen al de woorden van deze wet'.
Praatmee