Thaise zendeling Tip was kwaad op God: "Waarom trof mij zoveel ongeluk?"
Zelfs uit de meest afschuwelijke situaties kan iets moois komen. Het bijzondere leven van de Thaise zendeling Prathumthip Jormkhieo, kortweg Tip, is daar getuige van. Haar eigen vader bezocht prostituees en ze wilde hem vermoorden. Totdat God ingreep. Nu zet ze zich in voor prostituees. Dit is haar levensverhaal waar God verdriet veranderde in hoop.
Het begon allemaal zo mooi en ook zo gewoon in het leven van Tip. De Thaise groeide op in een liefdevol gezin van vier kinderen. Het geluk kantelde toen haar moeder overleed en haar vader zijn geluk zocht bij prostituees. ‘Mijn vader hield van vrouwen en vrouwen hielden van mijn vader.’ Het gezin viel uit elkaar en ze raakten alles kwijt. Hun winkel, hun huis en ook elkaar. Tip ontwikkelde een enorme haat naar haar vader én een haat naar prostituees. Deze haat wierp een schaduw over haar leven. ‘Ik was zo teleurgesteld in mijn vader dat ik hem bijna vermoord heb.’ Ze had ook een diepe haat naar God en christenen, omdat ze als kind een paar keer naar een ‘black meeting’ was meegenomen geweest, een occulte bijeenkomst.
Als jongvolwassene ging Tip naar Chiang Mai City. 'Ik kreeg daar een baan. Ik huurde een kamer van een christelijke vrouw die van God hield. Ik vond dat belachelijk, maar ik was wel blij met de kamer. Ik deelde mijn kamer met een kamergenoot die voormalig boeddhist was, maar recentelijk tot geloof was gekomen. Ze bad elke avond voor mij en ook dat maakte me zó kwaad! Ten diepste was ik ook kwaad op God. Ik had m’n hele leven nooit wat verkeerd gedaan. Ik dronk niet, ik rookte niet en ik voelde me een stuk beter dan m’n vader, die rook, dronk en naar de vrouwen ging. Waarom trof mij dan zoveel ongeluk? Waar was de rechtvaardigheid?’
Ook op haar werk had ze pech: ze raakte ik betrokken bij een fraudezaak. Tip: ‘Mijn leidinggevende dacht dat ik naïef was, stal informatie van de firma en zei dat ik dit aan niemand mocht vertellen. Hij had een gezin, maar hij bedroog ook z’n vrouw. Op een gegeven moment vertelde hij me dat hij het weekend naar een van z’n vrouwen ging, maar dat ik niets tegen z’n vrouw mocht zeggen. Ook zei hij vernederende dingen tegen mij, die zelfs mijn vader nooit tegen mij had gezegd. Het voelde als een aanval op mijn ego. Wie dacht hij nou helemaal wie hij was? Ik werd erg boos van binnen, maar van de buitenkant liet ik niets merken. Ik dacht: ik pak je terug, wacht maar! Toen hij bij een van z’n vrouwen zat, heb ik z’n vrouw gebeld om dat te vertellen. Hij is op heterdaad betrapt en hij en z’n vrouw hebben gevochten daar…’
Zelfmoord
‘Mijn baas was woedend toen hij hoorde dat ik daarachter zat. Ik werd op staande voet ontslagen. “De politie zal je pakken en in de gevangenis gooien!”, schreeuwde hij. “Ik weet waar je woont en ik weet je te vinden!” Ik was ineens doodsbang. Ik wist niet waar mijn vader en mijn familie woonde, dus ik kon nergens heenvluchten. Dit was het einde! Ondanks dat ik toen overtuigd boeddhist was en een zwarte ketting om mijn nek droeg, gaf dat geen gevoel van bescherming op dat moment. Ik pakte een mes pakte om een einde aan mijn leven te maken, zo wanhopig was ik. Maar God is goed, want mijn christelijke kamergenoot kwam precies op het goede moment. Ze pakte het mes van me af en nam me mee naar haar kerk. Daar was op dat moment een gebedsavond. Er waren ongeveer vijftien mensen bijeen en ze waren net begonnen om te zingen en God te aanbidden. Ik zat boos in een andere ruimte van die kerk, ik wilde niet naar binnen. Een pastor kwam naar me toe. Hij vroeg of ik Jezus kende. Ik werd woedend. “Ga weg!”, snauwde ik. Hij liep direct weg. Toen kwam er een vrouw, zij bleek ook een pastor te zijn. Ze had een woord van God, zei ze. Ze keek me recht in de ogen aan en zei vriendelijk: “Jezus houdt van jou.” Ik was in shock! Ik pakte mijn boeddha-halsketting en gaf ‘m aan haar. Een paar minuten laten werd ik door een andere vrouw meegenomen naar de zaal waar ze aan het zingen en het aanbidden waren. Het was de eerste keer dat ik in een kerk was en ik moest vreselijk huilen om dat de muziek mijn hart diep raakte. Ze lieten me rustig huilen, terwijl een van de vrouwen naast me ging zitten en af en toe zei: “God houdt van jou. Jezus houdt van jou.”
Er was één zin uit een lied dat me diep raakte. From now on, you never go alone. Because of God is holding your hand. (Vanaf nu ga je nooit meer alleen, omdat God je hand vasthoudt). Ik was altijd boos op God, maar er gebeurde wat op dat moment… Nadat het zingen klaar was, was er een korte overdenking. Ze waren allemaal christen, behalve ik. De pastor vroeg: “Wie wil er vanavond zijn leven aan Jezus geven?” Langzaam stak ik mijn hand omhoog. Er werd voor mij gebeden en ik weet niet eens meer wat ze allemaal zeiden, behalve één ding: In Jezus’ naam. Ik had in mijn hele leven nog goedheid van mensen ontmoet en zoveel goede woorden gehoord. De taal die ik hoorde was altijd negatief en afbrekend. Iedereen was zo aardig en lief voor mij, dat was heel bijzonder.
Toch had Tip nog steeds een probleem met haar baas. ‘Hij was nog steeds ziedend. Waar moest ik heen die avond? De politie zou me vast en zeker opwachten bij mijn appartement. De pastor hoorde mijn verhaal en zei dat ik mocht logeren in een ruimte boven de kerk. Maar ik zei: “Nee, ik ga terug.” Ik weet niet waarom ik dat zei, maar ineens was ik niet meer bang. Het zou goed komen. Toen ik voor de eerste keer bad, zei ik: “Jezus, als U de ware God bent, help me dan mee en geef mij mijn baan terug en vertel me wat ik moet doen.” Nadat ik dat gebeden had, voelde ik rust. Ik kwam terug bij mijn appartement en er was niets aan de hand. Ook was er geen politie te zien.’
Veel collega’s hadden een hekel aan Tip. Omdat haar leidinggevende me bepaalde geheimen toevertrouwde, kreeg Tip bepaalde privileges op het werk. Haar collega’s vertaalden dat als slijmen bij de baas om zo hogerop te komen. ‘Daarnaast had ik een groot ego en een grote mond. Ik was dus niet populair. De volgende dag ging ik terug naar mijn werk. Niemand had in de gaten wat er allemaal tussen mijn baas en mij gebeurd was. Maar God liet zien dat Hij echt is. De eigenaar van de organisatie vroeg of ik bij hem wilde komen. Ik dacht: nu zullen we het krijgen. Maar nee. Hoewel hij niets wist van wat er was voorgevallen tussen mij en mijn leidinggevende, vertelde hij dat hij hem had ontslagen en dat ik mijn baan zou terugkrijgen. Ik was zo blij! Wat een bijzondere gebedsverhoring was dit! Vanaf die dag kan ik mijn mond niet meer houden over Jezus. Hij is de echte God en kan mensen aanraken! Zelfs mij! Ik was namelijk zo hard en rationeel. Ik geloofde pas dat iets bestond als ik het kon aanraken. Maar vanaf die dag keek ik anders naar mensen in de straat. Ik zag ineens hun sombere gezichten. Ik ging naar ze toe en zei: heb je problemen? Kom met me mee naar de kerk, daar kunnen ze je helpen! Bijna elke week kwamen er nieuwe mensen met me mee naar de kerk en werden gered door God. Week in week uit.’
Roeping
Toen Tip twee maanden tot geloof was gekomen, plantte God een roeping in haar hart om Thaise vrouwen, maar ook mannen en kinderen te dienen die in de prostitutie werken. Was deze roeping niet moeilijk voor haar? Ze had zo’n hekel gehad aan prostituees. Tip: ‘Dat klopt, maar God plante een zaadje van liefde in mijn hart en Hij opende mijn ogen voor deze grote nood onder prostituees. Ik ontmoette voor het eerst een groep mannen en vrouwen die in de prostitutie werkten en het veranderde mijn hart. Ik begon te houden van deze mensen, ik vond het fijn om bij ze te zijn om voor ze te bidden en ze te helpen. Vanaf dat moment was ik bereid om te gaan waarheen Hij me zou leiden. Al snel riep God me via teksten uit de Bijbel en visioenen. Ik begreep dat ik naar Europa moest gaan.God sprak tot mij via Genesis 12:1 en 2. Daar zegt God tegen Abraham: Trek weg uit je land, verlaat je familie, verlaat ook je naaste verwanten en ga naar het land dat Ik je zal wijzen. En ik hoorde ook dit: Jij zal de zegen van God zijn in Europa. God zal je zegenen. Dat was mijn roeping. Of ik bang was? Nee! Ik was zo blij! Want ik wist het toen zeker: God roept mij om Thaise vrouwen te dienen in Europa.’
God dienen in Europa? Graag. Maar Tip wilde alleen niet naar Duitsland gaan. ‘Ik haatte het land, ook om hun rol in de Tweede Wereldoorlog met Hitler enzo. Ik was op missie in Noorwegen, ik vond het daar prachtig. In dat land zou ik God heel goed kunnen dienen! Ik begon er voor te bidden, ik wilde achteraf het goede voor mezelf. Maar het goede is vaak wat anders dan het beste dat God voor ogen heeft. God gaf ondanks mijn verlangen een aanwijzing om Duitsland te gaan: ik was in ’s ochtends in gebed met een aantal Noorse zendelingen. Een van de zendelingen zag een visioen. Hij zag mij staan in een ruimte met allemaal deuren van glas. Er staat maar één deur wijd open, zei hij, de deur naar Duitsland. Ik dacht: ok, ik houd het in gedachten, maar ik was nog niet overtuigd om echt te gaan. Later die dag was ik zelf in gebed en toen kreeg ik ook zelf een beeld. Ik zag mezelf staan in het Görlitzer Park in Berlijn. Het was zo’n bijzonder beeld dat ik mijn ogen niet wilde open doen. Aan de linkerkant stonden mensen. Ze huilden en riepen in het Engels om hulp. “Help! Help!” Aan de rechterkant van het plaatje stond Jezus. Ik vroeg aan Hem: “Waarom helpt niemand hen?” Jezus zei heel vriendelijk: Wie gaat er voor Mij uit? Wie zal Ik zenden? Ik wilde God dienen in Noorwegen, maar het werd me duidelijk dat ik toch echt naar Duitsland moest gaan. Ik moest huilen toen Jezus mij de vraag stelde wie Hij zou zenden. Ik zei: “Ok, Jezus, ik zal gaan, ondanks dat ik niet van Duitsland houd. Ik heb alleen geen vrienden die zendeling zijn en ook in Duitsland werken. Alstublieft, zend een zendingswerker waar ik bevriend mee kan worden.” Daarna heb ik een enkeltje naar Duitsland geboekt.Toen ik boven Frankfurt vloog, hoorde ik Gods stem opnieuw: Tip, dit is je thuis. Kort daarna heb ik een koppel leren kennen die zendingswerk doen in Duitsland. We zijn goede vrienden geworden.
Geen oordeel maar liefde
Ondertussen woont Tip al meer dan twintig jaar in Duitsland en werkt ze in heel Europa, soms ook in Nederland. ‘Veel christenen - dat gold ook voor mij - hebben werkelijk geen idee wat een prostituee doormaakt. Behalve als je ze ontmoet in de ruimte waar ze prostitueert. Je moet er zijn, niet om ze te veroordelen, maar om hun pijn te voelen…’
Geëmotioneerd: Ze willen alleen maar je acceptatie en liefde, weet je? Ze zijn mens, net als wij. Ze willen niet dat er op hen neergekeken wordt. Maar ze hebben vaak geen keuze! Ze moeten bijvoorbeeld voor hun familie zorgen, of ze hebben kinderen, of ouders die oud en ziek zijn. Soms is de nood verschrikkelijk hoog. Zo ontmoette ik een keer een meisje van twintig jaar. Ze had een baby van een man die haar mishandelde. Die baby kon hem niets schelen. Omdat ze niet wist waar haar kindje heen kon gaan als je prostitueerde, nam ze het baby’tje mee in de peeskamer. Dat beeld zal ik nooit vergeten. Echt, we hebben vaak geen idee wat voor leed er allemaal is op dit gebied, tenzij je er geweest bent en je gesproken hebt met prostituees. Ik huil nu wel, maar toch ben ik blij: God houdt zó veel van hen. Hij hoort hun huilen en roepen. Zoveel jaren roepen en huilen prostituees om hulp. Wij willen er zijn voor hen. Zonder woorden. Met liefde. Vriendelijk. Dienend. Biddend. En de meeste van hen zullen je dan als hun vrienden accepteren. Dat kost tijd. Soms een paar maanden, soms jaren. We zien ook verandering: levens veranderen of mensen komen tot geloof. Waanzinnig! Daarom geef ik niet op. Nooit.’
Bovenstaand artikel verscheen eerder op de site van THDV. Project Scharlaken Koord staat al meer dan 30 jaar op voor slachtoffers van dwang en voor een ieder die zelf haar stem niet kan laten horen in de wereld van prostitutie en mensenhandel. Scharlaken Koord gelooft dat er bij Jezus altijd een nieuw begin is en dat het verleden niet de toekomst bepaalt. De organisatie heeft vorig jaar bijna 300 vrouwen geholpen in hun weg naar vrijheid en herstel.
Praatmee