Is het boeddhisme, vanuit christelijk perspectief, los verkrijgbaar, zonder dat je je verbindt aan het kwade? Van der Velde noemt dat een ‘reële vraag’. “In Azië is er geloof in geesten die bezit van je kunnen nemen. Overleden voorouders reïncarneren in principe, maar in het alledaagse leven kunnen ze ook als nare geesten in dromen van kinderen verschijnen. Westerse boeddhisten doen dus aan cherrypicking, selectief winkelen. Ze willen een boeddhisme vrij van vrees en met een lachende Dalai Lama. Maar het Tibetaanse boeddhisme kent veel angst. In Tibet zijn goden met gruwelijke verschijningsvormen nadrukkelijk aanwezig en mensen zijn er bang voor. Maar als je ze op de juiste wijze vereert, dán beschermen ze je.”
Van boeddhistische meditatie hoef je je ook geen romantische voorstelling te maken. Die meditatie is niet gericht op het ‘hier en nu’, maar bedoeld om slecht karma kwijt te raken en uiteindelijk aan het eindeloze patroon van wedergeboren worden te ontsnappen. Een lange lijdensweg. Van der Velde: “Jonge monniken moeten zich oefenen in meditatie door urenlang stil te zitten. Ze krijgen veel last van aambeien.”
“Ik zie vaak dat mensen in de worsteling van hun leven hun eigen, gigantisch rijke traditie loslaten”, zegt Van der Velde. Dus toch even nadenken voor je Boeddhabeelden bij de Xenos inslaat en je je onbesuisd onderdompelt in zen-meditatiecursussen? Voor je het weet laad je een juk op je schouders waar je de inhoud en geschiedenis amper van kent. “Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast zijn”, zei Iemand ooit tegen mensen die dreigden te bezwijken onder loodzware religiejukken. “En Ik zal u rust geven.”
Bovenstaand artikel verscheen eerder op Zaut.org, een initiatief om een christelijk, actueel, profetisch en nuchter geluid te laten horen in Nederland. Klik hier om de website te bezoeken.