SGP houdt rug recht in Kamerdebat: "Avondklok is teken van onmacht"
Er werd vrijwel de hele dag over gedebatteerd in de Tweede Kamer, maar het besluit is dan nu toch definitief: vanaf zaterdag 23 januari geldt er in Nederland een avondklok. Wel gaat deze later in dan gepland: 21:00 uur. De SGP toonde zich andermaal fel tegenstander van deze maatregel. De ChristenUnie ging wel mee met het voorstel dat een meerderheid kreeg van de Kamer.
Zonder slag of stoot ging het invoeren van de avondklok niet. Er waren behoorlijk veel partijen sceptisch over de maatregel die eerder deze week werd aangekondigd. Een aantal partijen is onomwonden tegenstander, andere partijen wilden enkel akkoord gaan als het tijdstip veranderd zou worden. Uiteindelijk ging een meerderheid toch akkoord, al is het tijdstip verlaat. Dat betekent betekent dat vanaf aanstaande zaterdag iedereen tussen 21:00 uur en 4:30 uur binnen moet blijven. Alleen met een geldige reden mag je op straat zijn. Bijvoorbeeld wanneer je dringend medische hulp nodig hebt, de hond uit moet laten of voor je werk naar buiten moet. In dat laatste geval dien je wel een werkgeversverklaring te kunnen tonen.
Teken van onmacht
SGP-fractievoorzitter Kees van der Staaij vroeg zich in zijn bijdrage af wat wijsheid is: “Door de Britse, Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse coronamutaties glipt het virus tussen onze vingers door. We hebben steeds meer kennis over het virus, maar het is steeds lastiger te bepalen wat wijsheid is. Want wat is wijsheid, als we zien en horen dat de schade voor kwetsbare mensen steeds groter wordt, eenzaamheid toeneemt en suïcides stijgen?”
Over het invoeren van de avondklok was Van der Staaij duidelijk: “Een rigoureuze maatregel die diep ingrijpt in ieders leven en de fundamentele vrijheid inperkt om gewoon naar buiten te kunnen gaan. Alles afwegend is de SGP er niet van overtuigd dat de avondklok in de huidige omstandigheden een proportionele maatregel is. Invoering van een avondklok is eerder een teken van onmacht dan van daadkracht. Een compensatie voor tanend draagvlak en verminderde naleving van de reeds bestaande maatregelen. Is het wijs om er steeds nóg maar een schep bovenop te doen? Je kunt een elastiek niet oneindig blijven rekken, op een gegeven moment knapt het.”
Grens over
De fractievoorzitter van de SGP, die tussen neus en lippen liet weten het advies om slechts één bezoeker te ontvangen een “even rigoureuze maatregel” noemde, vindt de avondklok te ver gaan: “We gaan een hiermee een grens over. Hij komt namelijk niet uit de coronawet, die gereedschapskist waar deze Kamer na lang wikken en wegen “ja” tegen heeft gezegd. Er wordt nu een wet van stal gehaald, die een soort erfenis uit de Koude Oorlog is en primair bedoeld om ‘oproep te bestrijden en de openbare orde te bewaken’. Een wet waarin overtreding met 8700 euro boete wordt bedreigd of een 6 maanden gevangenisstraf. Natuurlijk, het kabinet zet nu in op een veel lagere boete, maar het zegt wel wat over de aard van deze wet.”
Ook vroeg Van der Staaij zich af of de uitzonderingen wel voldoende voorzien. Hij noemde daarbij geestelijk verzorgers en predikanten die volgens hem niet onder de uitzonderingen vallen. Aan het einde van zijn toespraak haalde de politicus Groen van Prinsterer aan. “Wat is wijsheid in deze crisistijd? Groen van Prinsterer, stelde die vraag óók. Aan het slot van zijn standaardwerk over de vaderlandse geschiedenis, keek hij terug op alle crises die Nederland had doorstaan. Hij eindigde zijn terugblik met een Bijbels appèl. Dat welmenende appèl wil ik in deze sombere en donkere dagen nu ook doen: ‘Vernedert u onder de krachtige hand van God, opdat Hij u verhoge te zijner tijd’.”
Grote dillema’s
De ChristenUnie stemde uiteindelijk wel voor het voorstel om een avondklok in te voeren. Toch had de fractie zo haar vraagtekens, zo stelde Carla Dik-Faber tijdens het debat. Ze noemde het een “ingrijpende maatregel die voor onze fractie grote dillema’s oproept”.
“We kregen veel reacties van mensen die het er ook echt moeilijk mee hebben, voor wie dit pijn doet. Bijvoorbeeld van een jonge vrouw die in een depressie is geraakt. Haar enige uitstapje in de week is een hapje eten en een film kijken bij een vriendin. Ik merk dat de eenzaamheid groot is. Ouderen, studenten, alleenstaanden, mensen komen steeds meer in een isolement en hebben het zwaar.”
Dik-Faber benadrukt echter ook de andere kant: “Er ligt een advies van deskundigen, van het OMT. De R gaat met ongeveer 10 procent omlaag, met 8-13 procent bij het instellen van die avondklok. Kun je dan zeggen: we doen het niet? We schuiven deze maatregel aan de kant, met het risico dat we over aan aantal weken hier Britse, Ierse of Portugese toestanden hebben? Met het risico dat scholen en kinderopvang nog langer gesloten moeten blijven? We hebben ook verantwoordelijkheid voor gezinnen die nu met heel veel kunst- en vliegwerk thuis de boel draaiende houden. En dat is ook een verantwoordelijkheid die bij onze fractie zwaar weegt.”
Wat betekent de avondklok voor gelovigen?
Uiteindelijk stemde een meerderheid van de Tweede Kamer dus voor een voorstel om vanaf zaterdag een avondklok in te voeren die tussen 21:00 uur en 04:30 uur geldt. Op het eerste gezicht lijkt dit niet veel invloed te hebben op het kerken. Bij de meeste kerken die een avonddienst hebben, is deze om 20:00 uur of uiterlijk 20:30 uur afgelopen. Tijd genoeg om thuis te komen dus. Doordeweekse avonden met sprekers of dominees werden al vrijwel uitsluitend digitaal georganiseerd.
De avondklok heef veel invloed voor de steeds groter wordende groep gelovigen in Nederland die er, mede door de coronacrisis, voor koos om in kleine groepen bijeen te komen voor Bijbelstudie of om te bidden. Huisgroepjes van maximaal vier personen (met twee gasten) behoorden tot deze week nog tot de mogelijkheden. Nu is dat echter voorbij. Mensen mogen immers ’s avonds niet meer over straat. Ook vroeg beginnen heeft niet zoveel nut, aangezien er maar één persoon op bezoek mag komen.
Hetzelfde geldt voor bezoeken van geestelijke verzorgers, predikanten of ouderlingen. Dat wordt door de nieuwe maatregelen steeds lastiger. Bij een predikant kan er nog worden teruggegrepen op het feit dat het zijn werk is. Bij ouderlingen en andere bezoekers uit de gemeenten wordt dat een stuk lastiger. Ook binnen kerken en geloofsgemeenschappen zal het sociale contact dus nog verder teruggedrongen worden.
Praatmee