Kerken kunnen geen schuld belijden aan het Joodse volk
Wat zijn christenen anno 2020 verschuldigd aan het Joodse volk? Vandaag worden we door initiatieven van voorgangers in de PKN en andere denominaties opgeroepen om als kerken schuld te belijden aan het huidige Joodse volk voor de Holocaust-misdaad begaan aan de Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Terecht wordt gewezen op de verschrikking van die misdaad. Beschamend inderdaad dat ook christenen medeplichtig waren. Het is goed de verlegenheid daarover te delen met de (klein)kinderen van de slachtoffers. Wordt echter voldoende in rekening gebracht dat velen van onze (groot)ouders en hun kerkelijke voorgangers respect hadden voor de Joden en wel degelijk met gevaar voor hun leven Joden hebben geholpen? We laten deze vraag even liggen. Want afgezien daarvan kan de vaststelling dat kerken en christenen van toen meer hadden kunnen of moeten doen om de massale Jodenmoord te voorkomen en dat de kerken nalatig zijn geweest, onmogelijk een reden zijn voor een specifieke schuldbelijdenis door de kerken aan de Joden van nu.
Dat zeg ik om twee redenen. Ten eerste is het praktisch onmogelijk om ons in te leven in de situatie van kerken en christenen tijdens de Duitse bezetting. Ten tweede, een schuldbelijdenis is een zaak van de persoonlijke en collectieve verantwoordelijkheid van de nalatigen of de daders van toen. Zij zijn overleden. We kunnen hun schuld niet overnemen en dus ook niet belijden.
Lessen trekken
Wat we wel kunnen en moeten doen is het trekken van lessen uit het verleden. Wat zouden we zelf doen als door het opkomen voor de vervolgden en de zwakken onze positie en uiteindelijk wellicht ons leven werd bedreigd? Is er een garantie dat we het er beter zouden afbrengen dan onze ouders en grootouders? Moeten we niet onze eigen schuld voor God belijden omdat we al te vaak ervoor terugschrikken om een leesbare brief van Christus te zijn? Hoeveel mededogen voelen wij voor de vluchtelingen die omkomen voor de kusten van Europa of aan de grenzen in Kampen als op Lesbos in uitzichtloze omstandigheden leven?
Veel van onze voorouders zijn helaas ontrouw geweest door tekort te schieten in het liefhebben van het Joodse volk en doordat ze niet loyaal waren met hen in tijden van nood. Mede daardoor heeft heel vaak het Evangelie de Joden niet bereikt. Maar zijn wij niet even schuldig? Hoe staat het met onze verantwoordelijkheid tegenover onze Joodse tijdgenoten? Zien zij iets in ons van de aantrekkelijkheid van Jezus? Of hebben we ons opengesteld voor een beweging die in de Holocaust-verschrikking een reden ziet om toch maar vooral niet het Evangelie van Jezus naar de Joden uitte stralen?
Er is in kerk, theologie en persoonlijk geloof een reactionaire beweging gaande om een beschamend antisemitisch verleden af te schudden door de plaats van het huidige etnische Israël te verheffen boven alle andere volken buiten Christus om. De uitspraken van de profeten, apostelen en Jezus geven echter geen enkele grond voor zo’n perspectief. Door hierin meegezogen te worden lopen christenen gevaar te kort te doen aan hun deelname aan het werk van Christus in de Missio Dei (= Gods zending) met betrekking tot de Joden.
De eigenlijke oorzaak
De vraag is of de actie voor een kerkelijke schuldbelijdenis werkelijk te maken heeft met een gevoel van schuld ten opzichte van de Joden. Wil men goedkoop een goede beurt maken bij Israël en de Joden? Of ligt de oorzaak in het verlangen om in reactie op de Holocaust een ‘nieuwe theologie’ te introduceren waarin de centrale plaats van Christus onder druk komt te staan door een eenzijdige uitleg van de betekenis van ‘Israël’ en van de Joodse oorsprong van het christelijke geloof? Daarin lijkt dan ruimte wordt te worden gemaakt voor een ideologie waarin de rabbijnen buiten het licht van Christus om ons verstaan van de Bijbel meebesturen en we bij de Joden niet meer in woord en daad met een getuigenis van Jezus mogen aankomen. Het maakt niet uit hoe liefdevol, respectvol, voorzichtig, aangepast en missionair verantwoord we dat ook doen.
Volgens sommigen hebben christenen vanwege het verleden dat recht verspeeld. Volgens anderen zijn de Joden nog steeds ‘Gods unieke volk’ en hebben ze binnen of buiten Christus om al ‘een andere heilsweg’. Als ten gevolge van die ‘nieuwe theologie’ een zekere afkeer van of schaamte voor het getuigen vanuit Jezus aan de Joden de onderliggende gedachte van de actie is, dan gaat het niet zozeer om een oproep tot het belijden van de schuld van onze voorouders ten aanzien van hen. Maar dan is de actie eerder een poging tot excuus voor een toegevoegde extra schuld, namelijk die van eigen nalatigheid.
Dr. Steven Paas is theoloog. Hij publiceert over Europese en Afrikaanse kerkgeschiedenis, zending, theologieën over Kerk en Israël en de lexicografie van het Chichewa, een veel gesproken taal in Centraal Afrika.
Praatmee