De vreselijke misstanden in de kloosters van De Goede Herder
Er hebben de afgelopen eeuwen tal van misstanden plaatsgevonden in de katholieke liefdesgestichten van de Zusters van de Goede Herder. Tussen 1860 en 1978 vonden er gruwelijke dingen plaats in deze gestichten. Er komt steeds meer over naar buiten. De Telegraaf sprak onder meer met Ireen Kootkar (65) die vanaf haar veertiende in zo’n klooster zat.
Kootkar vertelt dat ze meteen (onbetaald) aan het werk werd gezet toen ze aankwam en dat er in het klooster nauwelijks privacy was. Er heerste een streng regime, waarbij tegenspraak direct werd bestraft. “Voor het minste of geringste werd ik platgespoten. Hup, de naald erin, werd ik weer wakker in de isoleer. Een nare cel zonder ramen, met alleen bovenin een piepklein lichtgaatje. Ik heb er eens vijf dagen en nachten achter elkaar gezeten.”
Wat er in het klooster gebeurde, heeft het leven van Kootkar getekend. Ze kan bijvoorbeeld nog steeds niet goed schrijven: “Honderdenéén baantjes verknalde ik omdat ik reken- of schrijffoutjes maakte. De eerste tijd na het klooster sliep ik onder bruggen, want ik had niets en niemand. Dat vind ik nog steeds het ergste, die volstrekte eenzaamheid van toen.”
Praatmee