Deze voorganger bleef in Syrië tijdens de burgeroorlog én de coronacrisis: "God heeft ons niet verlaten"
Waar veel Syriërs hun land ontvluchten toen de burgeroorlog begon, bleef voorganger George Moushi in zijn huis in Qamishli wonen. Toen de strijd tegen het coronavirus in zijn vaderland hoog opliep besloot Moushi opnieuw om te blijven waar hij was. Christian Today sprak met de voorganger over zijn leven in het roerige Syrië. "God heeft ons niet verlaten", aldus Moushi.
Moushi vertelt over de angst die er onder de Syriërs heerste aan het begin van de burgeroorlog. "Mensen werden vermoord en mishandeld. Huizen en winkels waren vernietigd. Toen de Turken in Syrië kwamen was er veel angst onder de inwoners. Mensen durfden hun kinderen niet meer naar school te sturen." Ondanks de angst, bleef Moushi in Syrië. Dit was in eerste instantie niet geheel vrijwillig. Hij kon namelijk geen manier vinden en betalen om het land te verlaten. "We vroegen God om wijsheid." Na een periode van gebed besloot 60% van de gemeente van Moushi in Syrië te blijven.
"De oorlog zorgde ervoor dat mensen na gingen denken over hun geloof", aldus voorganger George. "Velen vroegen zich af waar ze naartoe zouden gaan als ze zouden sterven. Toen de kerk met hen in gesprek ging begonnen ze te begrijpen dat God liefde is en Hij van de mensen houdt." George ziet hoe de plaatsen van de gemeenteleden die het land hebben ontvlucht, gevuld zijn door nieuwe gelovigen. Een derde van de gemeenteleden heeft een moslimachtergrond.
Nu het coronavirus oplaait in het Midden-Oosten en met name in Syrië verlaten veel Syriërs opnieuw hun vaderland. Wederom blijft Moushi in zijn woonplaats Qamishli. Hij gelooft dat hij hier de stad kan dienen. "Onze kerk ziet dat de kerk juist nu iets voor de mensen kan betekenen. Door mensen te helpen kunnen we Jezus' liefde in moeilijke tijden laten zien. Dit gaat niet alleen om praktische hulp, maar ook om gebed."
Bron afbeelding: Open Doors
Praatmee