Piet Vergunst: Duivelse tactiek van Chinese overheid maakt ons stil
In je kinderen ben je erg kwetsbaar. Elke ouder zal het erkennen. Jou mag iemand fors bejegenen, maar aan je kinderen moet iemand niet komen. Nu richt de communistische partij in China zich op… kinderen van christenen, schrijft Piet Vergunst in De Waarheidsvriend.
Tot de ervaringen van vervolgde christenen horen de verhalen dat vaders uit hun gezin gehaald worden, opgepakt en naar een strafkamp gebracht worden, soms voor vele jaren. Afgesneden van je vrouw en kinderen – we kunnen niet inleven wat dit voor voorgangers in allerlei landen betekent. Een deze zomer verschenen rapport van het Amerikaanse International Christian Concern over godsdienstige onderdrukking in China verhaalt over een nieuwe tactiek van de Communistische Partij om kinderen van God te treffen. De partij richt zich op de kinderen van de gemeenteleden.
Inmiddels zijn verschillende voorbeelden bekend geworden van wat deze tactiek in de praktijk inhoudt. Kinderen die geadopteerd zijn, worden bij christelijke ouders weggehaald, die immers ‘een verderfelijke godsdienst’ aanhangen. Tevens dreigt de overheid om kinderen van christenouders naar heropvoedingskampen te sturen en het hen onmogelijk te maken zich in te schrijven bij christelijke scholen. De overheid van het op twee na machtigste land ter wereld wil christenen geen veilige plek meer bieden.
Verchinezing
Vorig jaar hoorden we opvallend vaak over de verchinezing van het christendom, toen er een ‘curriculum’ kwam om voorgangers om te scholen naar de wensen van de overheid, toen zelfs plannen aan het licht kwamen om de Bijbel te vertalen naar de inzichten van de regering. De campagnes tegen het christendom worden gestimuleerd door president Xi Jinping, de machtigste leider sinds Mao, een president die niet meer gebonden is aan ambtstermijnen, maar levenslange macht kreeg en daardoor het proces van verchinezing blijvend kan sturen.
Tot de aanpassing aan de Chinese cultuur behoort ook het schrappen van verwijzingen naar God, Bijbel, Christus in wereldwijd bekende klassieke kinderboeken. Met het oog op ‘stabiliteitsonderhoud’ zijn dit voorjaar veel kruisen van kerkgebouwen afgehaald. Het maakt dat China dit jaar vier plaatsen gestegen is op de Ranglijst Christenvervolging.
Het gaat me in deze bijdrage niet om de kerk van China, hoezeer we blijven meeleven met degenen die lijden vanwege hun geloof in Jezus Christus. Het gaat me wel om de strategie van de Chinese communistische leiders om je op kinderen te richten. Veelzeggend en voorbeeldig voor ons is die.
Aandacht voor het kind
Gerichtheid op kinderen, we zien dit in toenemende mate in de kerk van Nederland. Omdat de jeugd niet de kerk van de toekomst is, maar nú reeds ten volle bij de gemeente hoort, is die gerichtheid waardevol. Echter, aandacht voor het kind in de eredienst, in het gezinsleven, in de christelijke cultuur moet niet vooral voortkomen uit het feit dat ons kind het helemaal naar de zin moet hebben, aandacht krijgt omdat we bang zijn dat het zich even verveelt. Die aandacht moet voortkomen uit het feit dat onze jonge jaren de beste tijd zijn om God te zoeken, de tijd is waarop er beslissingen voor het leven vallen. Tot de wijsheid van Salomo behoort het appèl dat in Prediker 12 klinkt: ‘Denk aan uw Schepper in de dagen van uw jeugd, voordat de kwade dagen komen en de jaren naderen waarvan u zeggen zult: Ik vind er geen vreugde in.’ Blijvend mogen we vanuit dit motief naar onze kinderen, onze kleinkinderen kijken, naar hen die op jonge leeftijd al zoveel te kiezen hebben.
De duivel doet dit wél, dat is duidelijk. Hij kent effectieve strategieën en weet dat hij terrein wint als ouders de geloofsopvoeding verzaken, als het gezin niet de plaats is waar het leven met God beoefend wordt, niet de plaats is waar over de dienst van de Heere gesproken en gezongen wordt. Om die reden heeft het beleid van de Chinese overheid om kinderen weg te halen bij hun christenouders ons veel te zeggen. Als Gods tegenstander dit een effectieve strategie vindt, leert het ons hoe belangrijk die jonge jaren voor de groei naar een volwassen persoon zijn, zeker ook naar een leven voor Gods aangezicht. Is er iets rijkers om met de ouder geworden dichter van Psalm 71 te belijden: ‘Want u bent mijn hoop, Heere HEERE, mijn vertrouwen vanaf mijn jeugd.’
Geloofsopvoeding
Wat de Chinese overheid doet – weliswaar vanuit een haat tegen belijders van het geloof in Christus –, doen wijzelf ook, zij het dat er geen onoorbare middelen ter hand genomen worden, zoals het negeren van de ouderlijke macht. Als over enkele weken het zogenoemde winterwerk weer begint, mogen we overtuigd zijn van het belang ervan: de geloofsopvoeding in het gezin en als verlengstuk ervan in de gemeente, opdat Gods liefdespijl doel treft in kinderharten.
Die geloofsopvoeding begint vroeg, was voor David al actueel vóór zijn geboorte. Van de baarmoeder af werd hij geworpen op God (Ps. 22). Het tekent ons dat het zoeken van Gods genade geen dag uitstel verdragen kan. Prioriteit stellen leren we in dit opzicht ook van Jezus, Die als twaalfjarige jongen in de tempel gevonden werd, waar Hij luisterde naar de leraars.
Ondoordacht handelen
Kinderen en Jezus, wat Hem betreft horen ze bij elkaar. In Markus 10 wordt de Heiland op de discipelen boos, als ze kinderen in de weg staan om tot Hem te komen. Hij neemt tijd voor hen, Hij zegent hen. Al hadden de discipelen goede bedoelingen in de bescherming van (de agenda van) hun Meester, ondoordacht was hun optreden wel. En, met ondoordachte acties kun je veel schade berokkenen.
Beter dan negatief te spreken over het afschuwelijke beleid van de Chinese overheid bouwen we aan Gods Koninkrijk door de huisgodsdienst ter hand te nemen, laten we zien Wie de Heere voor ons is. Die kleine cel kent door de coronamaatregelen immers niet de beperkingen die de zondagse eredienst nog altijd heeft. In die kleine cel kan naar hartenlust gezongen worden. De Heere heeft er recht op dat we met onze kinderen keuzen maken in Zijn richting, omdat ze Hem toebehoren. Zoals Ezechiël (16:20) sprak over ‘uw zonen en uw dochters die u Mij gebaard had’, spreekt Jezus in Mattheüs 8 over kinderen van het Koninkrijk. De kinderen van de gemeente zijn het eigendom van Hem Wiens Naam ze dragen.
Piet Vergunst is hoofdredacteur van De Waarheidsvriend. Klik hier om zijn volledige artikel te lezen.
Praatmee