Het grootste lijden vindt niet plaats in het coronatijdperk
Tot voor kort deed ik het vrijwel nooit: kijken naar het acht uur-journaal van de NOS. De meeste avonden in de week ben ik meestal van huis en zodoende komt het er niet van om kennis te nemen van het nieuws dat via deze weg naar ons toekomt. Door de coronacrisis ben ik intussen al bijna drie weken elke avond huis. Vrijwel iedere avond ga ik een etage hogerop en kijk ik met mijn zoon Marc naar het Journaal van acht uur. Ik wil graag op de hoogte blijven van wat er op dit moment in ons land speelt en zo zal het ook wel bij u zijn.
Een van de dingen die mij opgevallen is bij de journaals die ik intussen bekeken heb, is dat elk Journaal bijna uitsluitend over de coronacrisis gaat. Soms komt er kort een ander onderwerp voorbij, maar dat is maar zelden. Het hele Journaal is gewijd aan de geweldige crisis waarmee we al wekenlang allemaal te maken hebben. We krijgen de nieuwste cijfers van het RIVM gepresenteerd, de coördinatoren van intussen bekende instanties komen aan het woord, we zien verslaggevers die voor een ziekenhuis staan en ons informeren over het aantal ic-bedden, over overplaatsing van patiënten naar andere ziekenhuizen, over sombere prognoses voor de toekomst. Bepaalde mensen uit politiek Den Haag ken ik intussen ook goed van gezicht. Wat we horen en zien, raakt ons allen en houdt ons danig bezig. Het lijden van de mensheid vult onze gedachten, ons hart, onze gesprekken. We zijn er vol en stil van...
En dan is het intussen nog steeds lijdenstijd. De periode van zeven weken die voorafgaat aan de herdenking van de opstanding van Christus uit de doden. Ik weet niet hoe het u vergaat, maar ik merk bij mezelf dat ik mijn best moet doen om de overdenking van het lijden en sterven van Christus niet naar de achtergrond te laten verdwijnen. Zeker, ik maak en houd elke week een preek waarin het lijden van Christus centraal staat. Maar verder is mijn week zo vol met van alles wat te maken heeft met de coronavirus-crisis, dat ik bijna zou vergeten het lijden van Christus recht te betrachten, zoals een oud lied zingt.
Ik denk dat we ons zelf tot de orde moeten roepen. Zeker, het lijden in de wereld is momenteel groot en verschrikkelijk. Hoeveel mensen zijn er intussen niet besmet en zullen er nog besmet worden? Hoeveel mensen zijn er al gestorven, omdat het coronavirus niet adequaat bestreden kon worden? De getallen doen je huiveren. We leven intens met de mensen mee, die met dit lijden te maken kregen. En met het zorgpersoneel dat met een bewonderingswaardige inzet en passie strijdt voor vele mensenlevens. Maar toch, het grootste lijden vindt niet nu in de wereld plaats. Het grootste lijden vond ongeveer 2000 jaar geleden plaats op een heuvel buiten Jeruzalem, die Golgotha heette.
Daar stonden drie kruizen en aan het middelste kruis hing Jezus. Als de zon verduisterd wordt rond het middaguur, breekt het zwaarste lijden in Zijn leven aan. Het heeft drie uur geduurd. In die tijd is Hij verlaten geweest door Zijn Vader. Niemand kan zeggen wat dat voor Zijn Vader en voor Hem betekend heeft. We kunnen er alleen met de grootste eerbied aan denken en over mediteren. Door die weg is er behoud bij Jezus Christus. Kunnen wij bewaard worden voor het coronavirus of herstellen als we erdoor besmet zijn. Kunnen we ingaan in Gods Koninkrijk, als deze besmetting ons aardse leven beëindigt. De grote vraag voor u, jou en mij is: geloven wij in de Heere Jezus Christus en Zijn volkomen offer? Als dat zo is, hoeven we ook in deze spannende en onzekere tijd niet bang te zijn. Dan zijn we geborgen in Hem voor altijd, wat ons ook overkomt. Gelooft u, geloof jij in de Heere Jezus Christus?
Wilt u hierover doorpraten? Of zoekt u hulp, omdat u de deur niet uit kunt? Bel me dan, ik zal kijken wat ik voor u kan betekenen.
Ds. C. J. Droger is predikant van de christelijke gereformeerde kerk in Vlaardingen.
Praatmee