Ds. Van der Wind vraagt zich af of christenen door groepsdenken meewerken aan onnodige polarisatie
Wie zich negatief uitlaat over bepaalde groepen in de samenleving, doet aan wij-zij denken. Dat is niet in de haak, vindt men. Met groepsdenken werk je mee aan onnodige polarisatie, vat ds. A. N. van der Wind samen in De Waarheidsvriend. Of is dit slechts taal van de elite, ook onder christenen?
Nathanaël zei: ‘Kan uit Nazareth iets goeds komen?’ (Joh.1:47) Deze Israëliet vormt zich een mening over Jezus op grond van Zijn herkomst. Zo vindt de eerste beoordeling van iemand plaats op basis van stereotypen. Daarvan zijn in de Bijbel vele voorbeelden te vinden. ‘Joden hebben geen omgang met Samaritanen’, zegt de vrouw uit Sichar (Joh.4:9). Christus gaat echter het gesprek met haar aan. Hiermee doorbreekt Hij het wij-zij denken. Doelbewust overbrugt Hij de afstand tussen Joden en Samaritanen. Toch deinst Hij er niet voor terug ook een tegenstelling te benoemen: ‘U aanbidt wat u niet weet; wij aanbidden wat wij weten, want de zaligheid is uit de Joden.’ (Joh.4:22)
Kretenzen
Een sterk voorbeeld is de uitspraak van Paulus: ‘Kretenzen zijn altijd leugenaars, kwade beesten, luie buiken. Dit getuigenis is waar.’ (Tit.1:12b-13a) Mag je een hele bevolkingsgroep zo over één kam scheren? In de huidige tijd noemt men zoiets groepsbelediging. Alle aandacht richt zich in onze samenleving op het individu, als uniek mens met een strikt persoonlijke verantwoordelijkheid. Men vindt het niet juist iemand als onderdeel te zien van een groep met mogelijk een slechte reputatie.
In bijbelse tijden lag dit anders. Niet alleen het individu, maar ook een sociale gemeenschap als geheel werd verantwoordelijk gehouden voor de moraal en voor afwijkend gedrag. Niet alleen afzonderlijke personen, ook groepen dragen kenmerken die we goed of slecht kunnen noemen. Zo stonden de bewoners van Kreta blijkbaar bekend als leugenaars.
We kunnen hier niet zomaar aan voorbijgaan door vast te stellen dat we nu in een andere tijd en cultuur leven. Het is bijbels én realistisch om te erkennen dat een gemeenschap een gezamenlijke verantwoordelijkheid draagt. In het menselijk, sociaal functioneren is de identiteit van de groep waartoe we behoren van groot belang. In onze moderne, westerse denkwijze ligt dit moeilijk. Het extreme individualisme verhindert een open gesprek over de eigen karaktertrekken van een gemeenschap. Zo’n uitlating over de Kretenzen in Titus 1 lijkt ons ongepast voor iemand die het goede voorbeeld moet geven. Eerbiedig luisteren naar Gods Woord houdt echter in dat we ernaar moeten zoeken de waarheid van deze tekst goed te verstaan.
Afzondering
De wedergeboorte brengt wel een wezenlijk verschil teweeg met allen die nog buiten de geloofsgemeenschap met Christus zijn. Dit is niet alleen een verschil in de hoop, maar ook in hoe je bent. Terwijl we vandaag binnen de kerk de neiging hebben dit verschil diepgaand te relativeren, vonden de apostelen het in hun onderwijs nodig op dit contrast veel nadruk te leggen. Deze constatering laat zien dat ons denken over de verhouding tussen kerk en wereld een correctie nodig heeft vanuit Gods Woord. Wanneer de apostelen schrijven over het christelijke leven in een heidense omgeving, waarschuwen ze ervoor zich niet te verbinden met ongelovigen. ‘Wees hun metgezellen niet!’ (Ef.5:6-7,11)
Toewijding aan God betekent afzondering van de wereld (1 Kor.15:33; 2 Kor.6:14-18). Met deze aansporingen is niet alles gezegd, maar we mogen er niet overheen lezen. Onder gereformeerde christenen in ons land krijgt de gedachte van de antithese niet veel aandacht meer. Het pleidooi voor participatie en solidariteit met de wereld heeft de harten gewonnen.
Toerusting
Er zijn natuurlijk goede theologische argumenten om ons solidair op te stellen met de wereld. God heeft immers ook Zijn liefde aan ons bewezen toen wij nog vijanden waren. Door goed te doen aan alle soorten mensen mogen we iets laten zien van de hemelse Vader. De Zoon van God werd de mensen gelijk en men zag Hem als Vriend van hoeren en tollenaren. Zijn voorbeeld geeft ons een bewogen en ruim hart voor alle mensen in nood.
Lees de volledige tekst van dit artikel in De Waarheidsvriend van donderdag 23 januari 2020.
Foto boven: Carola Breukelman
Praatmee