‘Allereerst zijn we vastberaden betreft de veiligheid en het welzijn van de kinderen onder onze zorg', laat Iris Global weten. 'We zijn bedroefd, en ons ultieme doel is om de kinderen te behoeden voor onnodige uitbuiting of blootstelling. Hun welzijn nu, en in de toekomst is onze prioriteit. We willen je laten weten dat we er alles aan doen om gezondheid en heelheid te herstellen [in het weeshuis, red.] en aan iedereen die er woont en dient.’

‘De beschuldigen die onlangs zijn gepresenteerd zijn ernstig, en nemen we zeer serieus. We willen ze graag plaatsen in de context van de betrokkenheid van Iris Global tot nu toe.’

In de verklaring schrijft de organisatie vervolgens dat ze hebben ingegrepen in 2018, nadat er sprake zou zijn van organisatorische problemen, veiligheids- en financiële problemen. Een gecertificeerde therapeute zou hierbij hebben geholpen. De organisatie schrijft vervolgens dat ze in december 2019 te horen kregen dat kinderen werden misbruikt door medewerkers. ‘We hebben direct gereageerd en dit gecommuniceerd naar de rechtbank, die we volledige samenwerking en transparantie hebben geboden.’ 

Angst voor imagoschade
Gianna Bellante, een oud-medewerker van het weeshuis, meldt echter in een Facebookbericht dat Iris Ministries de meldingen van seksueel misbruik juist intern wilde oplossen, en niet wilde overdragen aan de rechtbank. ‘Mijn huisgenootje drong [er destijds, red.] op aan om het misbruik te melden bij de rechtbank. De national staff was extreem boos op haar, en zeiden dat ze [het weeshuis, red.] had verraden door de waarheid te vertellen. Ze werd beschouwd als de vijand, en ze werd ervan beschuldigd dat ze het hele verhaal had verzonnen om de organisatie en het weeshuis kapot te maken.’ 

Daarnaast achtte Iris Ministries een onderzoek vanuit de rechtbank als niet relevant, omdat de organisatie in het verleden uitgebreide trainingen had gegeven om seksueel misbruik te voorkomen. ‘Dit is echter helemaal niet waar,’ meldt Bellante. ‘We zijn afgestraft, zouden hebben gelogen tegen de organisatie en zouden geprobeerd hebben om misbruik te bedekken.’ Maar volgens Bellante was de organisatie meer bezorgd over eventuele imagoschade rondom de misbruikzaken. 

Verder zouden de maatregelen vanuit Iris Ministries de situatie alleen maar erger hebben gemaakt. Een arts werd naar het weeshuis gestuurd, die de leiding van het weeshuis op zich nam. Een deel van het originele team besloot daarop te vertrekken.

Maar deze oud-medewerkers kregen na hun vertrek verontrustende berichten van kinderen en moeders in het tehuis in Madagaskar. ‘Er werd ons verteld dat het misbruik nog steeds gaande was. Kinderen werden geslagen, werden gedwongen om hete pepers en zeep te eten. Jonge meisjes moesten hun zitvlak wassen met pepers terwijl de mannelijke leiders toekeken. Een zesjarig jongetje met een mentale beperking werd in een kippenhok opgesloten als hij huilde. (…) Meerdere getuigen hebben dit bevestigd.’ 

Daarop besloten de oud-medewerkers om een directe melding bij de rechtbank van Madagaskar te maken, in plaats van eerst te overleggen met Iris Global. Een rechter eiste daarop dat het vernieuwde leiderschap met direct zou worden geschorst, nadat hij had gesproken met getuigen van het verdergaande misbruik. In het verdere onderzoek zou de organisatie de kinderen echter hebben bedreigd, en hebben overtuigd om een valse verklaring af te leggen.

In een recenter bericht meldt de oud-medewerker van het weeshuis, Bellante, dat ze na het delen van haar eerdere Facebookbericht een positief gesprek heeft gehad met de CEO van Iris Global. ‘We voelden ons voor een lange tijd niet serieus genomen, genegeerd en werd ons het zwijgen opgelegd. Ik voelde mij gisteren gehoord, waar ik dankbaar voor ben. We wachten en hopen nu op actie, en blijven ons uitspreken, en vertrouwen op Jezus.’ 

Het onderzoek naar de misbruikzaken wordt nog steeds uitgevoerd door de rechtbank van Madagaskar.