Ds. Van de Weg onder de indruk van vervolgde broeders en zusters in India: “Houding van christenen is daar bij uitstek hét evangelisatiemiddel”
“De ontmoetingen met vervolgde christenen hebben iets in me losgemaakt; het is onder mijn huid gaan zitten en ik denk er gedurig aan terug.” Dit vertelt ds. A. A. F. van de Weg in gesprek met CIP.nl. Samen met onder andere ds. Paul Visser ging hij, op uitnodiging van SDOK (Stichting De Ondergrondse Kerk), naar India om kennis te maken met de broeders en zusters die daar vervolgd worden om hun geloof in Jezus. Een reis die voor de predikant een flinke impact heeft op zijn kijk op het leven.
“Op een zomerse maandag rond negen uur ’s ochtends ging de telefoon en werd ik overweldigd met de vraag of ik een week naar India toe wilde gaan. Na overleg met het thuisfront en de kerkenraad, die unaniem besloot dat ik moest gaan, heb ik volmondig ja gezegd. Daar heb ik geen seconde spijt van gehad. Ik was blij dat ik de mogelijkheid kreeg om ook eens over de grenzen heen te kijken en te zien hoe christenen, die in een totaal andere context leven, christen zijn.
De predikant kwam met een schat aan nieuwe ervaringen en kennis terug: “Wij kunnen ons in Nederland nog wel eens druk maken over verschillende randzaken, maar ik ben in aanraking gekomen met mensen die heel dicht bij de kern blijven. Ik heb predikanten ontmoet wiens kerken in brand zijn gestoken. Ook heb ik weduwen ontmoet wiens man, soms vóór hun ogen, vermoord is. De uiterlijke verdrukking zorgt ervoor dat je naar de kern gedreven wordt; het wandelen met Hem. Je hebt eenvoudigweg de tijd niet om je te verliezen in onderlinge discussies.”
Beschaamd
Tijdens zijn bezoek voelde de predikant op bepaalde momenten een zekere schaamte: “Toen ik op een conferentie voor vervolgde christenen mocht spreken, zei ik tegen de mensen: ‘We zijn hier gekomen om jullie te bemoedigen, maar jullie bemoedigen óns. Ik schaam me eigenlijk voor de manier waarop ik leef; comfortabel, welvarend en ik heb geen last van vervolging.’ Zou ik met hen willen ruilen? Nee. Het is nogal wat als je zó, soms letterlijk, onder vuur ligt. Je raakt zo veel kwijt, maar de verdrukking brengt ook iets goeds teweeg. In 2 Korinthe 4 staat: “De uitwendige mens wordt verdorven van dag tot dag, maar de inwendige mens bloeit”. Dat zie je in India echt gebeuren.”
Getuigenissen
Van de Weg voerde tijdens deze reis zo’n dertig gesprekken en hoorde hele bijzondere getuigenissen: “Ik sprak met een man die last had van een huidziekte en verscheidene artsen heeft geraadpleegd. Niemand kon hem helpen. Op een gegeven moment kwam hij in aanraking met een christen die voor hem bad en vervolgens is de ziekte geleidelijk weggegaan. De artsen en hijzelf waren heel verbaasd en nieuwsgierig. Uiteindelijk kwam hij tot de conclusie dat het God Zelf was die genezing gaf.
Die verandering heeft ervoor gezorgd dat hij zich geroepen voelde om predikant te worden. Hij startte en huisgemeente en in zeven jaar tijd is deze uitgegroeid tot een kerk met zesduizend leden. God maakt, in een context van verdrukking, gebruik van die ene man door deze wonderlijke genezing. Hij gebruikt deze wonderen als bevestiging van Zijn Woord.
Dit is één van de dertig verhalen die ik gehoord heb en dan heb ik het nog over een heel klein deel van India; een enorm land. De Heere werkt daar echt!”
Levenshouding
Het viel de predikant op dat, naast de mooie getuigenissen, de levenshouding van de christenen in India veel teweeg kan brengen: “De levenshouding van christenen is in India bij uitstek hét evangelisatiemiddel. Het is beslissend; dat zegt de Bijbel ook. Je ziet ex-hindoes die zo geraakt werden door de opstelling van christenen, dat ze zich tot Jezus keerden.
Zo sprak ik met een dominee wiens kerk in brand was gestoken. Hij wist wie de dader was, maar reageerde op een hele bijzondere manier naar deze man toe. Toen de aanslagpleger één of andere belangrijke functie kreeg, ontving hij een felicitatie van de predikant en toen de kinderen van de dominee een kinderfeestje gaven, werden de kinderen van de dader ook uitgenodigd. Terwijl er haat van de ene kant kwam, vergold de predikant niet met haat, maar met liefde; doorgaan met goeddoen en de gezindheid van Jezus laten zien. Dat gaat zo tegen jezelf in. Dat gebeurt alleen maar Jezus die door deze mensen werkt.”
Rauwe randen van de Bijbel
"Door deze reis heb ik weer oog gekregen voor de rauwe randen van de Bijbel”, vervolgt Van de Weg. “Oog voor onze God die recht doet; daar lezen we vaak omheen, maar in de context waarin de Indiase christenen leven, is dit heel sprekend. Ze krijgen te maken met ‘mannen van bloed’ die hen haten. Ze nemen het recht niet in eigen hand, maar grijpen vast aan de Bijbel; aan God die eens recht zal spreken en al het kwaad zal vergelden."
Van de Weg concludeert daarbij dat verdrukking ook een terugkerend iets is in Gods Woord. "Als ik daarover lees, denk ik aan mensen in bijvoorbeeld India. Is dat nu terecht? Jezus zegt: “U moet door veel verdrukking het koninkrijk van God binnengaan”. Waar zit voor mij de verdrukking? Loop ik ervoor weg? Kost het geloof mij nog iets? Vragen die nu bij mij boven komen.”
De predikant beveelt het christenen aan om de vervolgde kerk op te zoeken als de mogelijkheid zich voordoet. Verrijkende ontmoetingen hoeven volgens hem niet per se met de vervolgde kerk te hebben. “Het ontmoeten van christenen uit andere culturen kan al erg verrijkend zijn. Onze manier van doen is gebaseerd op goede redenen, maar het is niet de enige manier van christen zijn. De ontmoetingen met broeders en zusters die in een andere context leven, maken je klein en voorzichtig in het doen van stellige uitspraken.
Zo heb ik nog iets geleerd van de instelling die de Indiase christenen hebben; zij leven in het licht van de eeuwigheid. Het is volgens hen niet ‘hier en nu’, zoals we in Nederland vaak zeggen, maar ‘hier en straks’. Ik heb mensen gesproken die zó dicht bij de nieuwe toekomst leven: “Het kan morgen voorbij zijn, maar dan ben ik bij Hem!” Hoe kan het dat we dit in Nederland zijn vergeten en hoe krijgen die houding weer terug? Wat dat betreft hebben de christenen in India nog waardevolle lessen voor ons in Nederland.”
Praatmee