"De waarschuwing van Jezus aan ons adres is niet mals"
De Openbaring aan Johannes bevat tal van geheimenissen en het lijkt er soms op alsof iedere theoloog er net iets anders tegenaan kijkt. Elihu van Groeneveld besloot er het tweedelige 'De Gewoonste Zaak van de Hemel' over te schrijven. CIP maakt met hem een serie interviews over Openbaring. In dit vijfde deel vertelt Elihu met de blik gericht op het Laatste Bijbelboek over de dood en wat er daarna gebeurt.
De vraag wat er precies na de dood gebeurt, houdt veel christenen en niet-christenen bezig. Elihu: "Jezus zelf is er duidelijk over wanneer Hij de gekruisigde bekeerling naast Hem moed inspreekt. 'Heden', zo belooft Hij, 'ben je bij Mij!' Wij focussen ons vaak op de plaats die Jezus eraan toevoegt. Wij zijn in staat om urenlang te discussiëren waar dat Paradijs precies zal zijn en hoe het eruit ziet. De locatie is echter helemaal niet van belang, het gaat ten diepste om de Persoon. Bij Wie ben jij na je sterven? Jij bent bij Jezus!”
Deze migratie van de ziel aan het eind van het aardse bestaan interpreteert Elihu vanuit de oudste geschiedenis. Hij neemt Henoch als voorbeeld. “Voor iemand die wandelt met God kan de geestelijke verandering bij het sterven niet megagroot zijn. Er is namelijk in dit leven al sprake van een wederzijdse inwoning. God woont niet alleen in ons, maar wij wonen ook in Hem! Je hoort het Jezus bidden wanneer Hij in het hogepriesterlijk gebed vooruit grijpt naar Pinksteren: ‘Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals U in Mij bent en Ik in U, laat hen zo ook in Ons zijn……’. Zolang wij de heilige Geest niet laten verworden tot een abstracte theologie, is dat geestelijke niveau van wederzijdse inwoning het hoogst haalbare. Jezus vervult ons dan met Zijn vreugde, zo noemt Hij dat in hetzelfde gebed. Het is pure quality time! Continu!"
"Na mijn sterven verandert er, dankzij Hem, aan die geestelijke kwaliteitsverbinding maar weinig. Wel overstijgt het de aardse inwoning, het wordt exclusief! Wanneer het zich aandient in een pastoraal gesprek, dan klinkt het ongeveer zo: ‘Nu woont Zijn Geest nog in mij, straks woont mijn geest bij Hem!’ Ik noem het weleens heel oneerbiedig ‘stuivertje-wisselen’. Dat ik bij gebruik van deze oneliner voorbij zie aan een specifieke definiëring van ziel en geest, neem ik voor lief. In een hospice ligt niemand te wachten op theologische techniek maar op troost."
De auteur van ‘De Gewoonste Zaak van de Hemel’ legt rond de levensvragen over het hiernamaals de verbinding met het Bijbelboek Openbaring. “Na mijn sterven, woon ik bij Jezus. Overal waar Hij is, ben ik ook! Ik woon daar natuurlijk niet alleen, maar ik mag opgaan in een onafzienbare zingende- en lovende menigte. Een niet te tellen schare. Allemaal zielen die het eigendom zijn van Jezus, en allemaal gered uit de grote verschrikking, want zo ziet de aarde eruit vanuit de hemel. Iedereen in de hemel is in afwachting van alles wat er gebeuren moet. Ook mijn stoffelijk overschot hier op aarde is in verwachting. Als een gezaaide graankorrel wacht het op de komst van de Eigenaar. Het is ‘de opstanding van het vlees en het eeuwige leven’. Het zijn de laatste twee artikelen van de in totaal twaalf, waar iedere kerkgemeente stellig van belijdt dat ze erin gelooft."
"Die hereniging van mijn lichaam met Zijn Geest duidt het Bijbelboek Openbaring overigens als ‘de tweede opstanding’. Daarna volgt het laatste oordeel. Alles wat er eens was, is voorbij. Hemel en aarde verdwijnen in het niets. Er is geen spoor meer van te vinden. Alle uitverkorenen vormen samen op apostolisch fundament het Nieuw Jeruzalem. De namen van Jakobs zonen staan op de poorten van deze goddelijke verbeelding. Het is geen stad die je kunt filmen. Het is geen tastbare materie. Dat zeg ik er voor de duidelijkheid altijd maar bij. Het Nieuw Jeruzalem met al haar pracht en praal staat symbool voor de perfecte Bruid van Jezus Christus. Het is een profetisch beeld van de door God gecreëerde nieuwe kerk op de nieuwe aarde en -hemel. Het is de stad waar God en het Lam samen met de uitverkorenen regeren. De goedheid is er niet aan te slepen. Het krijgt profetisch vorm in de twaalf soorten vruchten die het hele jaar door ongehinderd groeien vanuit het centrum van de nieuwe kerk……..”
Wanneer Jezus het in Zijn Openbaring aan Johannes heeft over een ‘eerste opstanding’ en een ‘tweede dood’, dan maakt dat nieuwsgierig naar een duiding. Elihu vertelt dat de ‘eerste opstanding’ een synoniem is voor de wedergeboorte. “De ‘eerste opstanding’ is een hemelse classificatie van de vele superlatieven die de Bijbel ons aanreikt over het nieuwe leven.”
“Ik vind trouwens”, zo gaat Elihu verder, “dat de Dordtse Leerregels die ‘eerste opstanding’ schitterend omschrijft. Wie in woorden wil vangen wat het is om door de Geest van God herboren te zijn, doet er goed aan om de bewuste artikelen over de wedergeboorte te lezen. Het is te vinden in artikel 11 en 12 van het 3e/4e hoofdstuk van die Leerregels. Het is ronduit fenomenaal! Maar Jezus spant natuurlijk de kroon wanneer Hij op Patmos niet in woorden, maar in profetische beelden die ‘eerste opstanding’ uit de doeken doet. Tijdens een nachtelijk bezoek van Nikodemus had Jezus al eens een exegese gegeven van de wedergeboorte. Het is het werk van de heilige Geest. Die Geest is als de wind, je ziet Hem niet, maar je voelt Hem wel. Je hebt geen idee hoe Hij je lichaam bezield, maar als Hem de ruimte niet wordt ontnomen, beheerst Hij het hele leven.”
“Jezus verbindt dat nieuwe leven aan de goedheid van Gods Koninkrijk. ‘Voorwaar, voorwaar, Ik verzeker U: als iemand niet opnieuw geboren wordt, kan hij het Koninkrijk van God niet binnengaan’. In Openbaring vertelt Jezus precies hetzelfde, maar dan in profetische beelden. Hij laat Johannes zien wat er op aarde gebeurt wanneer Zijn Geest in ons de ruimte krijgt. Dan zijn wij dood voor de zonde! Het is de ‘eerste dood’! Jezus brengt in beeld hoe Hij ons bewaart voor een knieval voor de twee beesten en het beeld. Wij laten ons dan niet meer ringeloren door vertrouwenwekkende menselijke systemen zoals de economie, vadertje staat en de wetenschap. Dankzij de heilige Geest stellen wij ons vertrouwen alleen op God!"
"Het afsterven van de oude mens, zoals de Heidelberger dat noemt, wordt in beeld gebracht als een onthoofde ziel. Het is de trotse mens die zich geestelijk een kopje kleiner laat maken. Jezus laat aan Johannes weten wat er dan op aarde gebeurt: ‘Zij leven en gaan als koningen regeren met Christus.’ Overal waar Jezus met Zijn goedheid regeert, krijgt het kwaad in hoogsteigen persoon geen enkele ruimte. De onthoofde zielen nemen betekenisvol plaats op denkbeeldige aardse tronen. Zij gaan op dezelfde manier regeren als Jezus. Als Zijn evenbeeld! Niet als machthebbers, maar als mededienstknechten van Hem. Had Jezus niet symbolisch voorgedaan hoe je moet regeren? Was elkaar de voeten! Laat de arme Lazarus niet links liggen!"
"De kerk belijdt het direct na de eigendomsverklaring in de laatste zin van de eerste Zondag van haar Catechismus: ‘Jezus maakt mij van harte bereid om voortaan voor Hem te leven!’ Zorgen en dienen voor de ander. Als Koning der koningen bekwaamt Hij ons voor die regeringstaak. Hij vormt ons tot koning en priester! Gelijktijdig laat Jezus zien wat er gebeurt met de kerkmensen die de ‘eerste opstanding’ niet serieus nemen. Het zijn Gods kinderen die de Geest uitblussen en uitdoven. ‘Deze doden komen niet tot leven’, zo laat Jezus aan Johannes weten. Het is precies dezelfde geestelijke dood waarover Hij het zo vaak had in Zijn gelijkenissen. Het zijn de dode bomen die geen vruchten voortbrengen. Het zijn Gods kinderen die de ontvangen talenten onttrekken aan de liquide middelen van Gods Koninkrijk. Zij gebruiken de hemelse gaven hoofdzakelijk voor eigen geluk. Zij blijven in de geestelijke dood liggen…… De waarschuwing van Jezus aan ons adres is niet mals.”
Elihu wil dit gedeelte van het interview over het hiernamaals niet tobberig en treurig afsluiten. “Het Bijbelboek Openbaring puilt uit van de dood. Zelfs de Zondvloed kun je erin terugvinden, net als de Joodse baby’s die door toedoen van Farao in de Nijl zijn gegooid. Bladzijde na bladzijde stapelen de lijken zich op. Je zou er depressief van worden. Toch is er Eén die Zich tussen alle dood en ellende openbaart als Redder. Het is Jezus! Hij laat zien dat Hij die laatste vijand heeft verslagen: ‘Ik heb de sleutels van de dood en het dodenrijk!’, zo laat Jezus aan Johannes weten. Niet om ons erin te gooien, maar juist om ons eruit te halen! Jezus redt ons van de dood! Hij is Zijn Naam getrouw! Jezus heeft de dood overwonnen en Hij ontsluit het dodenrijk. Het is Zijn belangrijkste competentie."
"Het klassieke doopformulier maakt er op een bijzondere manier melding van. De kerkelijke gemeente smeekt hartstochtelijk om die ‘eerste dood’ en die ‘eerste opstanding’: ‘God, alstUblieft, laat dit kind door de doop begraven zijn in de dood van Christus en met Hem opstaan in een nieuw leven.’ De doopouders belijden met het ja-woord dat hun pasgeboren kindje zonder Jezus onder het eeuwig oordeel blijft. Het is de vuurpoel, de definitieve eindbestemming van het dodenrijk, dat Jezus in Zijn Openbaring definieert als de ‘tweede dood’. Het jammere is, dat juist die eerste belijdende doopvraag de laatste tijd ter discussie staat. Dat Jezus zelfs een lieve, schattige, argeloze baby uit het dodenrijk moet redden, staat blijkbaar niet bij iedereen buiten kijf……..”.
Volgende keer deel zes uit de reeks interviews met Elihu van Groeneveld, auteur van ‘De Gewoonste Zaak van de Hemel’. Klik hier voor meer informatie
Praatmee