Waarom de 'andere Asia Bibi's' gevaar lopen in Pakistan: "Door volkswoede is de druk enorm"
Uiteindelijk wint de aanhouder, weet Jan Dirk van Nifterik. “Er zijn, ook in Pakistan, rechters en advocaten die zich in durven zetten voor vervolgde christenen.“ Van Nifterik is directeur van de Stichting Hulp Vervolgde Christenen (HVC), een stichting die zich zowel juridisch als persoonlijk inzet voor christenen die onder druk worden gezet.
Onlangs kwam een heftig bericht naar buiten. Asia Bibi werd vrijgelaten, maar er zijn meer zaken als die van haar. Zo kwam het bericht naar buiten dat de Pakistaanse Shagufta Kausar en haar verlamde man Shafqat sms'jes zouden hebben verstuurd naar invloedrijke islamitische geestelijken en zitten ze daarom al 5 jaar vast. Stichting HVC weet te melden dat er ongeveer 180 van deze zaken bekend zijn. 'De andere Asia Bibi's', noemt de stichting ze.
Shafqat en Shagufta Kausar
“In Pakistan wordt in artikel 295 in de wet het verbod op godslastering beschreven“, begint Van Nifterik zijn relaas. “Dit artikel is onderverdeeld in verschillende categorieën, maar het komt erop neer dat je op basis van de wet kan worden aangeklaagd en veroordeeld. Er zijn wel verschillende gradaties, het maakt verschil of je Mohammed beledigd, of slechte dingen zegt over de Koran. Maar het artikel zorgt ervoor dat inwoners van het land makkelijk aangeklaagd kunnen worden en veel jaren in de gevangenis terechtkomen.“
Spotprent geliked
Het bekendste voorbeeld is de zaak van de genoemde Asia Bibi. Daar heeft stichting HVC veel in kunnen betekenen. Er zijn echter veel meer van deze zaken. “En niet alleen christenen hebben er last van, maar ook moslims.“ Van Nifterik ziet dat er veel verschillende soorten zaken zijn waarin mensen aangeklaagd worden. “De één zou de koran hebben verbrand, de ander vanaf een telefoon godslasterlijke sms´jes hebben gestuurd en een derde heeft een spotprent over de profeet geliked op Facebook. Alles kan ontaarden in godslastering.“ Van de wet wordt misbruik gemaakt. “Zelfs burenruzies worden op deze manier beslist. Als je iemand weet te beschuldigen van godslastering, loopt hij de kans om een paar jaar de gevangenis in te draaien.“
Schrijnend en hopeloos, zo lijkt het. Toch is Van Nifterik het daar niet mee eens. “Als zaken nog niet bekend zijn bij het grote publiek, kunnen we als stichting veel voor ze doen. Zo kijken we naar de familie, of ze een safe house nodig hebben, of dat ze op een andere manier onderdak kunnen krijgen. Ook regelen we een advocaat, die valse bewijsstukken zo snel mogelijk uit het dossier probeert te halen en die islamitische geestelijken invloed probeert te laten aanwenden. Deze zaken zorgen ervoor dat zaken vlot getrokken worden, anders zitten christenen zomaar 4 of 5 jaar in de gevangenis in afwachting van hun proces.“ Daarbij moeten we het gebed niet vergeten. “Zo zenden we op cruciale momenten gebedsoproepen naar onze gebedsgroepen, christenen in Nederland of naar de media.“
Druk op rechtssysteem
Persoonlijk is Van Nifterik ook geraakt door het verhaal van Shagufta en Shafqat. “Deze zaak ligt echt op mijn hart. De man is gehandicapt, hij kan geen kant op. Ook heeft het echtpaar kinderen en is het de tweede keer dat een vrouw ter dood is veroordeeld in het land.“ Voor de directeur van de stichting is Hebreëen 13:3 een belangrijke tekst. “Daarin staat: 'Denk aan de gevangenen alsof u zelf ook gevangen bent, en denk aan hen die slecht behandeld worden, alsof u ook zelf lichamelijk slecht behandeld wordt'. Ik vind het heel boeiend dat we zo aan hen moeten denken alsof wij daar zelf ook zitten. Dat is meelijden op heel diep niveau, dat is moeilijk maar dat vind ik wel echt een opdracht.“
Volkswoede
De wet zorgt ook onder de bevolking voor onbegrip. “Er gaan stemmen op om de wet aan te passen, al zie ik het nog niet snel veranderen.“ In de basis zit het Pakistaanse rechtssysteem degelijk in elkaar, maar dat zorgt niet voor een juiste behandeling van alle zaken. “De druk op rechters is enorm hoog, door de volkswoede en bedreiging die ontstaan bij blasfemiezaken. Er ontstaat vaak onder de bevolking veel negatief sentiment en emotie tegen christenen.“ Dit zorgt voor pressie op de advocaten en rechters in Pakistan. “Je zou maar rechter zijn, terwijl er zulke druk wordt uitgeoefend op je handelen. Ik noem het dan ook geen bewuste corruptie, maar deze mensen bezwijken gewoon onder die druk.“
Veel van de zaken die Hulp Vervolgde Christenen aanneemt, komen binnen via kerken in Pakistan. Vaak hoort het publiek niet eens over deze dossiers, terwijl er veel werk verzet wordt. Van Nifterik: “Er gebeurt veel werk op de achtergrond. Bij de lagere gerechtshoven proberen we zoveel mogelijk zaken ongedaan te maken. En een aantal keer is dit succesvol geweest, omdat een advocaat er dicht op zit en in de rechtszaal een goed pleidooi houdt. Als het verder gaat en de zaak internationaal bekend wordt, wordt concrete hulp steeds moeilijker.” Een christen in Nederland kan op afstand ook meehelpen. En daarbij is Van Nifterik niet uit op geld. “Als mensen dat kunnen missen, is dat wel fijn: ons werk kost veel geld en we kunnen niet alles doen. Maar het is ook goed wanneer mensen op de hoogte zijn en meebidden. Zo geven ze invulling aan de Bijbelse opdracht. Als stichting kunnen we een concreet verschil maken. Dat blijft bijzonder.“
Beeld: Stichting Hulp Vervolgde Christenen
Praatmee