Nederlandse boeren in nood: Het is vijf voor twaalf
Het is vijf voor twaalf. Die kreet horen we de laatste tijd steeds vaker. Het is vijf voor twaalf voor de klimaatproblematiek. Het is vijf voor twaalf voor de biodiversiteit. Het is vijf voor twaalf voor de luchtkwaliteit. Wat we echter nooit horen, is dat het vijf voor twaalf is voor onze voedselvoorziening. Toch is dat wel de werkelijkheid: boeren in Nederland kunnen hun hoofd nauwelijks boven water houden en áls ze hun hoofd al even boven het water uitsteken krijgen ze een ongenadige klap van de dierenlobby en de media. In Boxtel werd deze week zichtbaar waar dit toe kan leiden. SGP-jongeren roept op tot bezinning.
Rendabele landbouw?
De tijd dat een boer bij de rijke bovenlaag van de bevolking hoorde, ligt al even achter ons. Af en toe verschijnt er nog wel een berichtje in de media dat de meeste miljonairs gevonden worden onder de boerenstand. Meestal wordt dan echter verzwegen dat deze miljoenen verstopt zitten in steen en land en dus niet gebruikt kunnen worden voor een luxeleventje. Sterker nog, de meeste boeren (zeker in de intensieve tak) werken nog tientallen uren per week buiten hun bedrijf om in het levensonderhoud van hun gezin te voorzien. De marges in de sector zijn zo klein dat de klappen van de fosfaatproblematiek en de fipronilaffaire soms nauwelijks konden worden opgevangen. Zestig uur werken voor een inkomen rond het minimumloon is geen uitzondering.
Knellende regelgeving
Een belangrijke reden van deze knellende financiële situatie is de ontzettend strenge regelgeving in Nederland. Nu is er op zichzelf niets tegen (strenge) regels; daar hebben we voor een deel onze voedselveiligheid en onze welvaart aan te danken. Er is echter wel degelijk wat op tegen om, zonder rekening te houden met de gevolgen voor de boerenpraktijk, de ene regel na de andere regel af te stoken op een sector die zich staande moet houden op de wereldmarkt. Erger wordt het als deze regels indruisen tegen het gezond verstand en ze verder afbrengen van het doel waar we naartoe willen: een duurzame en rendabele landbouw met oog voor dierenwelzijn, natuur en milieu. Als de instanties die toezien op naleving van deze regels dan ook nog eens uitgaan van het kwade in de boer, is het cirkeltje rond.
Imagoprobleem
De penibele situatie van de agrarische sector wordt aanzienlijk verergerd door een niet aflatende stroom van negatieve publicaties over de sector in de media. Weidevogels sterven uit door intensieve veehouderij, honderden producten zouden onterecht worden verkocht als biologisch, de geitenhouderij is een grote bedreiging voor de volksgezondheid etc. etc. Steeds weer is de realiteit genuanceerder dan de titel doet vermoeden; de toon is dan al gezet. Boeren worden steeds weer neergezet als keiharde ondernemers die alleen maar uit zijn op geld en milieu, natuur en volksgezondheid als onbelangrijke bijzaak beschouwen. Dierenactivisten gaan nog een stapje verder door boeren neer te zetten als regelrechte criminelen. Deze activisten nemen steeds vaker het recht in eigen hand door stallen in te breken en onrust te creëren. De inbraak in een varkensstal in Boxtel is een voorlopig dieptepunt in steeds verdergaande vormen van protest.
Gevolgen
De gevolgen van deze drie problemen zijn groot. Steeds vaker lukt het een boer niet om een opvolger voor zijn bedrijf te vinden. Zijn kinderen zien er geen gat in om tegen de heersende opinie en de knellende regelgeving in te vechten voor een mager inkomen en voor een buitenstaander is het financieel vrijwel onmogelijk een bedrijf over te nemen. Boeren die er wel voor kiezen om door te gaan, kampen steeds vaker met psychische problemen. Het gevoel steeds maar weer te worden ondergewaardeerd en tegengewerkt, breekt hen op.
Wat SGP-jongeren betreft moet het anders. Het kan niet zo zijn dat onze boeren, de mensen die iedere dag in de weer zijn voor ons voedsel op deze manier worden behandeld. Er moet gewerkt worden aan een positiever imago, aan veel betere regelgeving en aan een rendabele agrarische sector. In een statementserie stellen we een aantal concrete maatregelen voor om de druk op onze boeren te verminderen. Het is vijf voor twaalf voor onze voedselvoorziening, daarom moet er snel wat gebeuren!
Frans Hazeleger is voorzitter commissie Duurzame Ontwikkeling en Landbouw SGP-jongeren.
Praatmee