Els van Dijk: "Het is heel normaal dat we soms bang, ongelukkig of eenzaam zijn"
Stress bij studenten, studiedruk, eenzaamheid, studie-uitval, burnouts en psychische moeiten bij jongeren: De laatste tijd staan de media er vol van. Er wordt gekeken naar de inrichting van het hoger onderwijs, de druk van het leenstelsel en sowieso de sociale druk op jongeren. De minister komt met het voorstel om het minimale aantal studiepunten dat in de propedeuse gehaald moet worden te minderen en een universiteit richt een puppy-kamer in voor studenten met tentamenstress. Kunnen studenten een kwartiertje voordat het tentamen begint even knuffelen met een puppy om te ontstressen. Els van Dijk, directeur van de Evangelische Hogeschool, noemt het symptoombestrijding.
Waarom bieden die maatregelen geen oplossing?
“De oorzaak van de problemen worden namelijk niet aangepakt, maar er worden verzachtende omstandigheden gecreëerd voor de symptomen. De oorzaken zijn naar mijn overtuiging te vinden in de combinatie van studiedruk en het niet geleerd hebben om daarmee om te gaan, én de inbedding daarvan in een brede maatschappelijke context. De dwang van gelukkigheid in deze wereld, geluk dat gebaseerd is op succes, carrière en materieel welzijn en dat niets te maken heeft met innerlijke rust en vrede in de ziel. En het idee dat het leven vooral ‘leuk’ moet zijn terwijl dat natuurlijk absoluut niet realistisch is. Elk leven kent pieken en dalen. We hebben allemaal te maken met tegenslagen en teleurstellingen. Het is voor mij steeds meer de vraag of jongeren in hun opvoeding wel voldoende weerbaarheid meekrijgen om daarmee om te gaan.”
In een eerder interview met CIP zei u dat ouders hun kinderen behandelen als prinsjes en prinsesjes.
“Dat klopt; dat is volgens mij ook de paradox. Enerzijds lijken er steeds meer jonge mensen te zijn die in hun leven al heel veel meemaken en al het nodige in hun rugzakje meetorsen aan bijvoorbeeld relatieproblematiek en verlieservaringen. Anderzijds worden zij zo goed mogelijk beschermd door hun opvoeders met als gevolg dat zij niet sterk en weerbaar uit hun kindertijd komen.
Maar het is juist heel normaal om soms bang te zijn, ongelukkig, verdrietig, dom, je te vervelen en soms eenzaam te zijn. Het ‘gewone’ lijden dat bij het leven hoort kunnen we niet meer hanteren en is compleet gemedicaliseerd. Dus heeft de één een burn-out en een ander ADHD en slikken we pilletjes.”
Wat is volgens u dan wel de oplossing?
“Heel veel van wat te maken heeft met zingeving, Jezus willen volgen, Zijn handen en voeten willen zijn. Juist die zingeving is vervangen door uiterlijkheden, materiële zaken en oordelen van anderen en dát maakt nu somber en depressief. De wereld waarin jongeren opgroeien is voor hen verwarrend en veeleisend. De boodschap dat je alles kunt worden wat je maar wilt, als je maar je best doet, maakt onzeker en angstig.”
Welke rol speelt de Evangelische Hogeschool in dit proces?
“Op de EH proberen we het anders te doen. We kiezen voor de afwisseling van bidden en werken. Van activiteiten ontwikkelen tot rust en bezinning. We zijn ervan overtuigd dat rust nemen, niets doen, mijmeren, de geest laten waaien en bijvoorbeeld dagdromen voorwaarden zijn om iets nieuws te kunnen leren of om kritisch en creatief te kunnen denken. Alles wat de aandacht doorbreekt of opvult met amusement en informatie, is een aanslag op je creativiteit. Maar, zegt Joke Hermsen, ‘ook op je solidariteit. Creativiteit en solidariteit liggen in elkaars verlengde. Om je te kunnen inleven in de ander heb je concentratie en verbeeldingskracht nodig.' Daarom willen we op de EH de gemeenschap vormgeven met elkaar.
De nieuwe generatie heeft volwassenen nodig die het evangelie voorleven en die te kenmerken zijn door drie dingen: hoop, moed en vuur.
Hoop door een alternatief te bieden voor de spiegels van deze wereld door het venster op de hemel te openen. Moed om tegen de stroom in te zwemmen om zo bij de Bron uit te komen. Vuur om bij jonge mensen een vuur te ontsteken dat nooit meer dooft. En wat je in anderen wilt ontsteken, moet in jezelf branden, zei Augustinus al.”
In de kerken gebeurt dat niet meer?
“Natuurlijk wel en gelukkig zelfs! Maar ook daar worden predikanten, voorgangers, jeugdwerkleiders, catecheten, leiders van clubs en verenigingen geconfronteerd met de veranderende wereld om ons heen en de uitwerking die dat heeft op jongeren. We merken dat ook in de kerkelijke gemeenten de vraag gesteld wordt naar hoe kerk-zijn in deze tijd en men zich bezig houdt met hoe men jongeren mag en kan begeleiden zodat zij gelovige en weerbare christenen kunnen zijn en worden.”
En daarom organiseert de EH een regiobijeenkomst?
“Wij zien heel veel raakvlakken tussen wat ons en de kerken bezig houdt. Vandaar dat we het plan opgevat hebben om regiobijeenkomsten te organiseren waarin vertegenwoordigers van kerken en medewerkers van de EH elkaar ontmoeten en mogelijk versterken rond de problematiek die ons bezig houdt.”
Praatmee