Docent hoopt op meer contact tussen reformatorischen en evangelischen
Reformatorische en evangelische christenen zouden serieus met elkaar in gesprek moeten gaan. "Er valt over en weer nogal wat van elkaar te leren als het gaat om zondebesef, bekering en levensheiliging," schrijft dr. Henk Dijkgraaf, docent Engels aan de evangelische scholengemeenschap De Passie in Wierden, in het Reformatorisch Dagblad.
Dijkgraaf verwijst in zijn commentaar onder andere naar een eerder betoog van dr. C. A. van der Sluijs. De hervormde emeritus-predikant is van mening dat een vermening van de gereformeerde en evangelische theologie onaanvaardbaar is. Volgens Dijkgraaf gaat hij er met gestrekt been in door te stellen dat wie niet radicaal inzet op de rechtvaardiging de heiliging isoleert. De docent vindt dat de predikant generaliserend over evangelische christenen spreekt.
"Nog bonter maakt dr. Van der Sluijs het als hij stelt dat het niet nodig is 'expliciete aandacht voor de gaven van de Geest om de groei, de vrucht en het wonen van de Geest in ons aan de orde te stellen', vindt Dijkgraaf. "Hij weet toch ook dat Paulus dat in elk van zijn brieven juist wel doet? Dr. Van der Sluijs wil toch niet beweren dat Paulus hierdoor het risico loopt de Geest los te maken van het werk van Christus?"
Hij laat de term 'discipelschap' vallen. Dijkgraaf leest dat Paulus de Filippenzen aanspoort op het gebied van geloofsgehoorzaamheid en levensheiliging door aan 'hun eigen zaligheid' te werken. "De vrucht van de Geest wortelt in de gemeenschap met Christus maar komt ons niet aanwaaien en levensheiliging ook niet. We zullen daar naar het woord van Paulus hard aan moeten werken in de wetenschap dat het God Zelf is Die het willen en het werken in ons werkt."
De docent van reformatorische huize prijst evangelische christenen om "hun onbekommerd vertrouwen op God, hun hoge verwachting van het gebed, hun vrijmoedig spreken over de liefde van Jezus en hun verregaande bereidheid om de naaste te dienen." Dijkgraaf begrijpt dan ook niet dat Van der Sluijs beweert dat vermenging gereformeerd en evangelisch onaanvaardbaar is.
Praatmee