Wat Pechtold ons meegeeft over taalgebruik en onze verantwoordelijkheid
Bij zijn afscheid heeft Alexander Pechtold de Tweede Kamer gewezen op het steeds ruwer wordende taalgebruik van sommige bewindslieden. Met instemming hebben wij deze woorden gelezen en willen daar graag wat dieper op in gaan en het voorstel een vervolg geven.
Als gastdocent van de onderwijsorganisatie KlasseTaal, (dochteronderneming van de Bond tegen vloeken) verzorg ik bijna dagelijks in heel Nederland gastlessen over respectvol taalgebruik binnen het Voortgezet- en Middelbaar Beroepsonderwijs.
Met leerlingen en studenten denken wij als organisatie na over de negatieve en positieve effecten en impact van taalgebruik op de social media, in de klas en op de stage- en werkplek. Woorden kunnen aantrekken en afstoten en een domino effect veroorzaken, bewust of onbewust. Het doel van onze lessen is: bewustwording. Samen nadenken over de gevolgen.
Samen verkennen we gevoelige gebieden, zoals: geloof, ziekten, handicaps, afkomst, huidskleur, familie, uiterlijk en seksuele geaardheid, waarmee je anderen kunt kwetsen, beledigen en pijn doen. Bijna al onze vloek- en scheldwoorden zijn hieraan gerelateerd.
Tijdens een van mijn lessen op een MBO, wees een student mij op nog een gebied die ik niet in mijn rijtje had staan: ‘Politiek meneer!’ ‘Wat bedoel je hiermee’, vroeg ik hem verbaasd? De student vervolgde: ‘Nou, in de politiek kunnen ze er tegenwoordig ook wat van! Die maken elkaar ook regelmatig voor rotte vis uit. En zij moeten ons het goede voorbeeld geven?’ De klas legde ik de vraag voor, waarom politici eigenlijk het goede voorbeeld zouden moeten geven, zoals deze student duidelijk maakte? Is hun verantwoordelijkheid op dit gebied groter, zo vroeg ik!
Verschillende antwoorden werden gegeven: Zij vertegenwoordigen ons land; ze staan dagelijks in de spotlights; zo de politiek, zo het land; een fel debat kan ook zonder ruwe taal; soms worden ze heel persoonlijk en dat hoort niet; kinderen krijgen hiermee het verkeerde voorbeeld aangereikt; hiermee legitimeer je grof taalgebruik in de samenleving; voorbeeld doet volgen; het is gebrek aan discipline en gebrek aan woorden, en zo kwamen er nog meer van dit soort rake opmerkingen.
Alexander Pechtold wees erop dat taalgebruik kan ontsporen en dat de Kamervoorzitter Khadija Arib alle ruimte heeft om buitensporig taalgebruik aan de orde te stellen en grenzen te trekken.
Ook wees Pechtold op de eigen verantwoordelijkheid. Daarmee heeft hij enkele aspecten benoemd, die in onze gastlessen steeds ter sprake komen.
Een meisje wat in het verleden veel gepest werd om haar uiterlijk, gaf aan dat de kwetsende woorden haar een steeds onveiliger gevoel gaven en dat haar zelfvertrouwen een enorme deuk had opgelopen. Zelfs zo dat ze aangaf een hekel te hebben aan spiegels, om niet steeds geconfronteerd te worden met haar uiterlijk. Ze formuleerde het als volgt: ‘taal en gedrag + respect = veiligheid.’
Een leerling gaf aan dat het scheldwoord: ‘val dood!’ hem steeds raakt sinds zijn vader in de bouw dodelijk verongelukte na een hoge val.
Een meisje gaf aan het heel irritant te vinden als een ander scheld met het woord Downie en Mongool, sinds zij een broertje heeft met het Downsyndroom. Een jongen wordt heel boos als een ander scheld met ‘kanker’, sinds zijn moeder daaraan overleden is. Een christen en moslim geven aan dat ze gekwetst zijn als datgene wat voor hen ‘heilig’ is, ontheiligt wordt. Zo kan ik nog wel even doorgaan met ervaringen die leerlingen en studenten met mij delen.
Etiketjes plakken
Tijdens mijn gastlessen geven leerlingen en studenten regelmatig aan wat ruwe, vernederende en beledigende woorden persoonlijk met hen doen. Wanneer je anderen uitscheldt, ben je bezig met het opplakken van etiketjes. Jij bent: een mislukkeling, een waardeloos iemand, een niksnut, een mongool, een homo, een slet enz.
We plakken niet alleen etiketjes op individuen, maar ook op hele groepen mensen: jullie moeten ons land uit, jullie zijn gevaarlijk, jullie zijn asociaal, jullie zijn waardeloos. In zo’n groep moeten de goede onder de kwade lijden. Generaliseren noemen we dat. Vaak worden hele groepen gedemoniseerd.
Dit alles separeert het individu, een groep een samenleving. Het drijft mensen onderling, en hele groepen uit elkaar, en zet mensen tegenover elkaar in plaats van naast en met elkaar. Het werkt volstrekt niet samenbindend maar werkt ruzie, haat en verwijdering in de hand. Wij tegenover zij.
Mijn leerlingen en studenten geven regelmatig aan te verlangen naar een samenleving waarin respect voor elkaar een normale zaak wordt. We hoeven het helemaal niet met elkaars levenswijze en meningen eens te zijn geven ze tijdens mijn lessen aan, maar het ter sprake brengen van je mening moet wel respectvol en rekening houdend met elkaar gevoelens. En vooral niet persoonlijk worden. En de een reageert nu eenmaal gevoeliger dan de ander. Laten we daar ruimte voor geven is een veel gehoorde reactie tijdens de lessen.
Tijdens mijn lessen schenken we ook ruimschoots aandacht aan de effecten van positieve en vriendelijke taal. Een compliment geven tovert een glimlach op het gezicht van de ander. Positieve etiketjes opplakken. In de brugklassen maken we deze opdracht weleens heel letterlijk. Vriendelijke taal verbindt, geeft veiligheid en slaat bruggen naar elkaar. Opent dialogen en geeft debatten een positieve en inhoudelijke scherpte met blijvende respect voor de ander. Nadenken over onze woorden, heeft te maken met de deugden: discipline, matigheid en wijsheid. Scholen zijn elke dag bezig met het aanleren van deze vaardigheden.
Meneer Pechtold heeft bij zijn afscheid wijze lessen ter navolging meegegeven. Bedankt hiervoor! In mijn gastlessen kom ik hier zeker nog op terug. Fatsoen moet je doen heeft oud premier Balkenende eens gezegd. Werken aan een taalvriendelijk debat, een taalvriendelijke klas en werkplek. Een taalvriendelijke samenleving. Een samenleving waarin mensen rekening willen houden met elkaars gevoeligheden. Inlevingsvermogen noemen we dat met een mooi woord. Ik doe bij anderen niet wat ik zelf ook niet wil is een universele regel. Wij van klasseTaal zijn elke dag met deze thematiek bezig! Geachte politici, een vriendelijk verzoek van onze jongeren aan u: ”Wilt u hierin tijdens uw debatten het voortouw nemen en het goede voorbeeld geven aan onze jeugd en jongeren?” Leer onze jeugd verantwoordelijkheid te nemen voor de dingen die ze zeggen. Wij gaan uw komende debatten met belangstelling, vertrouwen en nieuwsgierigheid volgen.
Bij voorbaat dank namens alle kinderen en jongeren van Nederland die een les van ons hebben gehad!
Bovenstaand artikel is namens KlasseTaal aangeleverd door Sjors van der Kraan, gastdocent/docententrainer VO/MBO. Lees hier meer over het werk van de Bond tegen vloeken.
Praatmee