Synodepreses GerGem benadrukt dat genade gepredikt moet worden
"De Gereformeerde Gemeenten hebben in 1931 uitgesproken dat de aanbieding van genade gepredikt moet worden. Als dat in de gemeenten niet meer zou functioneren, dan moeten we daarover grote zorgen hebben," aldus ds. J. J. van Eckeveld. In het Reformatorisch Dagblad reageert hij op een commentaar van Gert-Wim Dubbeldam, lid van de gereformeerde gemeente in Lisse.
De Gereformeerde Gemeenten (GerGem) zagen in de periode van 2008 tot en met 2017 ruim 20.000 (doop)leden vertrekken naar een ander kerkverband of onkerkelijk worden. De statistieken maken duidelijk dat in die tien jaar ruim 4000 mensen zich onttrokken en geen behoefte meer hadden om zich bij een andere kerk aan te sluiten. 16.000 kerkgangers kozen voor een ander kerkverband. Ruim 8500 personen kwamen vanuit een ander kerkverband over naar de GerGem.
Naar aanleiding van deze cijfers riep Dubbeldam op tot zelfreflectie. Hij vraagt zich af in hoeverre er niet te veel uit angst gepreekt, gemediteerd en gehandeld en of jongeren binnen de GerGem onbevangen vragen kunnen stellen. "Er heerst in veel gevallen een cultuur waarin (doop)leden vaak niet het gesprek aandurven met hun kerkenraad en predikant, om in alle openheid en vertrouwelijkheid hun zorgen te bespreken en te uiten."
Van Eckeveld, synodepreses van de GerGem, onderstreept zijn oproep tot zelfreflectie en benadrukt dat "de aanbieding van genade gepredikt moet blijven worden". Hij verwijst naar een collegapredikant die eerder waarschuwde tegen "een prediking die men onder 'gereformeerde' naam zo dikwijls brengt, maar waarin aan de werkelijkheid van onze doodsstaat wordt voorbijgegaan. Tegelijk moet die doodsstaat als schuld en niet als een lot worden gepredikt, opdat onze doodsstaat niet als een verontschuldiging voor onze onbekeerlijkheid kan worden aangegrepen."
Ook is de predikant het met Dubbeldam eens dat hierover open gesprekken mogelijk moeten zijn. "Maar als men niet buigen wil onder een separerende prediking waarin de twee wegen worden verkondigd, als men niet vallen wil onder de boodschap dat de kennis van onze ellende nodig is opdat er plaats kome voor Christus en Zijn werk, als men zich verzet tegen de noodzaak van de doorleving van de drie stukken, dan kan het niet anders of er valt een scheiding. Maar laten we dat toch niet koud constateren, maar in bewogenheid."
In zijn commentaar maakt Van Eckeveld ook duidelijk dat er verschillende redenen kunnen zijn om naar een andere kerk te gaan en de GerGem niet de enige, ware kerk op aarde is. Hij betreurt dat Gods kinderen door kerkmuren zijn gescheiden en daar mogen we volgens Van Eckeveld nooit aan wennen. "De Gereformeerde Gemeenten zijn ons lief, maar er is geen enkele reden voor kerkelijke zelfgenoegzaamheid."
Praatmee