Op de puinhopen van Jeruzalem ontdekt Jeremia een wonder
‘Elke morgen schenkt hij nieuwe weldaden. – Veelvuldig blijkt uw trouw!’ - Klaagliederen 3:23. Niet iedereen zal weten dat bovenstaande zin afkomstig is uit het boek Klaagliederen. De Psalmen worden heel vaak gelezen, maar het boek Klaagliederen nauwelijks. Uitgerekend in dat boek staat deze prachtige tekst.
Klaagliederen is een boek vol ellende, pijn en vraagtekens. Vijf liederen vol klachten. Liederen vol verdriet om de verwoesting van Jeruzalem in het jaar 586 vóór Christus.
Het zijn persoonlijke liederen. Het is niet het verhaal van een journalist, die met camera en microfoon de ellende van anderen verslaat, zonder zelf betrokken te zijn. Ellende zien staat voor Jeremia gelijk aan ellende meemaken, aan den lijve ondervinden. Gods hand heeft Zich tegen hem gekeerd.
‘Ik ben de mens die te lijden heeft onder de stok van zijn toorn. Hij leidt mij en voert mij ‒ in een lichtloos duister. Tegen mij heft Hij zijn hand op, steeds opnieuw, dag na dag’ (Klaagliederen 3:1-3).
Van zulke woorden krijg je later spijt.
Maar dit is geen Facebook.
Dit is een Bijbelboek.
Een onderdeel van Gods Woord. Mensen, verlicht en geleid door de Heilige Geest, hebben deze gedichten bewust in dat Boek opgenomen. Zij beschouwen ook deze klaagliederen als een stukje van Gods Woord voor mensen van alle tijden.
Het boek Klaagliederen is ook Gods Woord ‒ voor u, jou en mij.
De eerste vraag is dan niet: ‘Wat heb ik eraan?’, maar: ‘Here God, wat wilt U mij hiermee zeggen?’
De schrijver heeft diep nagedacht over wat Israël en hem is overkomen. Hij heeft gezocht, gedacht: Waarom is dit gebeurd, waarom ben ik blijven leven, wat wil God nu verder met Zijn volk?
Daarom is dit boek geen zwartboek. Ja, er staan heel veel klachten in. Maar ze zijn de neerslag van een geestelijke worsteling. Resultaat van de worsteling om na de verwoesting van Jeruzalem, en met name de verwoesting van de tempel, te mogen ontdekken wat God nu verder wil.
De bezinning van Jeremia leidde tot opvallende conclusies.
Bovenstaande tekst is er zo één. Hij staat tussen al die verzen die ik hierboven citeerde:
‘Toch geef ik de hoop niet op, want hieraan houd ik vast: Genadig is de HEER: wij zijn nog in leven! Zijn ontferming kent geen grenzen. Elke morgen schenkt hij nieuwe weldaden. – Veelvuldig blijkt uw trouw!’ (Klaagliederen 3:21-23).
Op de puinhopen van Jeruzalem ontdekt Jeremia een wonder. Hij mag er nog zijn. God is hem in alles trouw gebleven. God maakt Zijn Woord waar. Ik ben niet omgekomen. Ik leef nog. Ik mag er nog zijn.
‘Groot is Uw trouw.’
Het intense lijden heeft voor Jeremia niet het laatste woord. Juist in het lijden en de gebrokenheid van zijn bestaan, mag Jeremia zich geborgen weten in Gods liefde en ontferming. Hij mag leven dankzij Gods trouw.
En hij is de enige niet!
Deze overdenking verscheen eerder op de Facebookpagina van ds. Arie van der Veer.
Praatmee