Vijf uitspraken van Reinier Sonneveld over de hel
Is de hel een eeuwige straf in voortdurende staat van bittere eenzaamheid en in maximaal lijden? Of is er wellicht een andere dan onze klassieke voorstelling van de hel mogelijk, vraagt Reinier Sonneveld zich af aan de hand van 7 vragen op de progressief-christelijke weblog Lazarus. We zetten vijf uitspraken van de schrijver op een rijtje.
- Over geloven in een eeuwige straf: "Het is vele malen logischer om vrijwel al je uren te wijden aan het voorkomen dat mensen naar de hel gaan, al was het er maar eentje. Alleen… bijna geen enkele traditionele christen doet dat. De vraag die dan rijst, is dus of diegene er zelf wel echt in gelooft."
- "Het belangrijkste Griekse woord dat vroeger vaak met ‘hel’ vertaald werd spreek je uit als gehenna. Dit was het Hinnomdal, al bekend uit het Oude Testament, een nogal ongure plaats, waar ooit kinderoffers werden gebracht en dat later werd gebruikt als afvalberg, met hier en daar een zwerver. De gehenna is iets als dat je leven ‘naar de vuilstort’ gaat: je verknalt je leven, you go to waste."
- "De hel wordt geassocieerd met vuur, wat in de Bijbel meestal staat voor loutering. Het Griekse woord daarvoor spreek je uit als puur, waar je ons Nederlandse ‘puur’ en ‘vuur’ nog in terug hoort. Jezus zegt dat mensen er ‘jammeren en knarsetanden’, wat slaat op spijt, maar nergens is hij er expliciet over."
- "Er staat een fascinerende profetie op de laatste bladzijde van de Bijbel, dat ‘de deuren’ van het nieuwe Jeruzalem ‘dag en nacht openblijven’ en dat de heidenen binnenstromen met hun talenten. Dit past bij Gods karakter. Jezus nodigt uit, tot het uiterste."
- "De verwachting wordt veelvoudig omgedraaid: gelovigen veronderstellen zelf vaak dat God hen het mildst benadert, en zeker hun leiders menen het makkelijk te krijgen bij het laatste oordeel, maar in de Bijbel geldt de zwaarste maatstaf voor gelovigen, vooral hun leiders. (...) De logica hierachter is dat wie veel over God gehoord heeft, een grotere verantwoordelijkheid heeft om daarnaar te leven."
Praatmee