Arabische voorganger Salim Shalash: "Ik werd verliefd op het Oude Testament"
Hij woont op steenworp afstand van de plek waar Jezus opgroeide. En de navolging van zijn Heer vraagt veel van Salim Shalash. Deze toegewijde Arabische baptistenvoorganger van de Home of Jesus the King Church maakt heel wat mee. Aan de ene kant zijn er de confrontaties met orthodoxe christenen en moslims, aan de andere kant ervaart hij Gods kracht ook heel sterk.
Shalash (1975) werd geboren in een rooms-katholieke familie in Nazareth, ‘de thuisstad van Jezus,’ zoals hij het zelf noemt. Zijn vader wilde graag dat de jonge Salim priester werd. Dat werd aanvankelijk niets, Salim wilde een ‘gewoon’ leven leiden. Hij werd politieagent tot de dag dat zijn leven een andere wending kreeg.
Bijbel lezen
Op 6 augustus 1994 kwam een 19-jarige gelovige vriendin bij een ernstig verkeersongeval om het leven. Ze verbrandde in haar auto. Het raakte Shalash diep. Heel indringend werd hij geconfronteerd met de vraag wat er na dit leven is. Shalash: “Ze vertelde altijd over Jezus en daarom vroeg ik me af waar God dan was gebleven in dit ongeval. Toen hoorde ik een stem die zei: ‘iemand is overleden, iemand anders wordt herboren.‘ Ik begreep dit eerst niet. Maar ik ben toen wel voor het eerst in de Bijbel gaan lezen. Als katholieke jongen mocht ik dat nooit omdat mensen zeiden dat ik niet heilig genoeg was.”
Het horen van die stem leidde ertoe dat hij een verlangen kreeg om meer van God te weten. Hij kwam terecht aan het Bethlehem Bible College, een opleiding die bekend staat om de in Israël omstreden politieke Palestijnse bevrijdingstheologie. In vijf jaar behaalde hij er zijn bachelor, maar thuis voelde hij zich er niet. “De meeste mensen daar geloven in vervangingstheologie (de kerk is in plaats van Israël gekomen red). Een vriend van mij nodigde me toen uit om mijn master te doen aan het Israel College of the Bible in Netanya.” Shalash studeerde er met twaalf Joodse en twaalf Arabische voorgangers. “We werden als één familie en deelden alles met elkaar, zelfs onze slaapkamers. Dit samengaan van Joden en Arabieren was voor mij als de hemel op aarde. We hebben nog steeds contact.”
“In Netanya werd ik verliefd op het Oude Testament,” een boek dat hij vroeger niet mocht lezen omdat het “afval was, een dom historisch boek van de Joden.” Maar hier op school in Netanya leerde hij de Bijbel anders te lezen. “Ik ontdekte dat in elk verhaal de schaduw van Jezus zichtbaar is. Elke naam in het Oude Testament heeft een betekenis. Zo besteedde ik uren en uren aan het bestuderen van de Bijbel. Het was een zware tijd omdat ik er ook moest zijn voor m’n gezin en m’n kerk met ruim honderd leden in Nazareth. De studie vond vooral plaats tussen 11 uur ’s avonds en 3 uur in de nacht.”
Het gezin van Salim Shalash
Voedselpakketten
De Home of Jesus the King Church is actief in diaconaat in Nazareth. Elk jaar in december gaan er 140 voedselpakketten naar arme families. Inmiddels bestaan er plannen voor een eigen kerkgebouw in Nazareth. Het salaris van Shalash wordt al vier jaar betaald door een familie uit Noorwegen. Hij is blij met de belangstelling vanuit Nederland. “Het is als een glas koud water voor een dorstige man. Weet je, er gaat veel steun naar de Messiaanse beweging in Israël, en dat is goed, maar er is ook nog een Arabische groep die Israël liefheeft en aangevallen wordt. Help ons!”
Tijdens het gesprek blijkt dat Shalash een uitgesproken visie heeft op het Joodse volk en de staat Israël. Hij vertelt dat Lukas 15 (het verhaal over de verloren zoon) een cruciale rol speelde in zijn leven. “Iedereen preekt over de vader en de jongste zoon. En God vroeg mij welke zoon ik zou willen hebben? Ik zei zonder enige twijfel dat ik de oudste zou kiezen omdat die altijd zijn vader dient. Maar God opende toen mijn ogen en ik zag dat de Kerk in feite de oudste zoon is. De Kerk is vol geestelijke trots vanwege alle inspanningen voor God. Bovendien veroordeelt de Kerk de jongste zoon, die Israël is. Hij is zelfs niet blij als de jongste zoon terugkomt bij de Vader. De vraag is of we als Kerk wel bij het feest binnen willen zijn als de jongste zoon terugkomt of dat we liever buiten blijven staan?”
Deze boodschap over de trotse Kerk die neerbuigend kijkt naar Israël, maakt hem in veel kringen niet geliefd. In de eerste plaats in zijn eigen Arabische omgeving. De bandopname van het gesprek wordt even gestopt voor hij wil vertellen over wat hij op dat gebied meemaakt. Maar de conclusie is dat hij weigert zijn visie op Jezus en Israël aan te passen. God sprak tot me: ik zal je niet alles geven wat je wil, maar ik voorzie wel in alles wat je nodig hebt.”
Dit verhaal is aangeleverd door Michiel Steenwinkel van Comité Gemeentehulp Israël (CGI). Het doel van CGI is: Messiaanse gemeenten en bedieningen in Israël ondersteunen met gebed en financiën en gelovigen in Nederland daarbij betrekken. Klik hier voor meer informatie.
Praatmee