Hans Maat: "Het Koninkrijk van God is een familiekwestie"
Het is tijd voor een nieuwe benadering van 'gemeente-zijn'. Jongeren en ouderen zouden meer met elkaar moeten doen, als in een familie, stelt Hans Maat. Dat is ook precies wat er gaat gebeuren tijdens het Vernieuwingsfestival op 10 mei. Met de directeur van het Evangelisch Werkverband blikken we vooruit.
Het Vernieuwingsfestival dat alweer voor de achtste keer wordt gehouden in de Basiliek in Veenenedaal heeft dit jaar als thema: Generations. Volgens Hans Maat het perfecte thema, omdat hij een omslag voorspelt, van een doelgroep benadering naar een kerk met een familiecultuur. “God is een God van alle generaties. Het lijkt mij dat we van mensen uit elke levensfase kunnen leren en zo zijn we aan elkaar ook gegeven.”
Op het Vernieuwingsfestival is dan ook ruimte voor ieders inbreng, vertelt hij: “Van peuters tot ouders en tieners. Voor schoolkinderen wordt het team van Erica Duenk gevraagd om hen op een kind-eigen manier in de aanwezigheid van God brengen. Vervolgens komen ze terug in de gemeenschap van ouderen en bidden ze voor elkaar, geven elkaar iets mee en dat maakt veel los. Het is niet alleen voor ouders, maar ook voor alleenstaanden of ouderen. We kunnen allemaal als geestelijke vaders en moeders fungeren en op die manier betekenis hebben voor anderen. Voorheen dachten we meer in goede preken en vette bands en de leukste poppenspeler. Nu investeren we in de geestelijke vernieuwing van alle generaties als voorbeeld hoe het kan en mag. Ook in de plaatselijke kerk.”
Gemiddeld worden er zo’n 1000 mensen verwacht op het Vernieuwingsfestival, waaronder ook veel jongeren en veel kinderen. Op de locatie is in ieder geval ruimte voor 1400 mensen. Ondanks het feit dat het zo massaal is, is er dus juist veel aandacht voor intieme momenten. Maat vertelt: "De sprekers zijn zelf levende voorbeelden en zullen openhartig zijn over hun vaderlijke of moederlijke rol en de manier waarop je anderen geestelijk kunt begeleiden. Of het nu je eigen kinderen zijn of niet. We willen dit zo doen, omdat jongeren makkelijker dan voorheen relaties aangaan met mensen van een andere generatie. De gemeente is immers ook bedoeld als een geestelijke familie, waarin we elkaar bemoedigen en helpen.”
Nieuwe reformatie
Maat denkt dat de reformerende beweging waar de kerk voor staat, alles te maken heeft met een kerk die moet gaan groeien naar een liefdevolle gemeenschap waar geloof wordt gedeeld en waar mensen uit diverse subculturen een uitnodigend klimaat ervaren. Juist kleine groepen, huiskerken en pioniersplekken doen het goed en leggen die accenten van samenzijn en samen geloven. Als EW willen we verschillende generaties met elkaar verbinden. Iedere generatie heeft een eigen plek en betekenis in Gods Koninkrijk,” zegt Maat. Mede daarom ageert hij tegen de ‘bubbels’ of eilandjes, die gecreëerd worden in de vorm van jeugd- en kindernevendiensten, en allerlei plekken waar kinderen en jongeren uit de gemeenschap worden gehaald.
Een voorbeeld is de eredienst. Maat licht toe: “De Protestantse Kerk in Nederland (PKN), mijn kerkverband, hangt bijna aan elkaar van de speciale diensten, waaronder veel jeugddiensten. In mijn ogen zijn dit compensatieplekken om tegemoet te komen aan de broodnodige vernieuwing, waar het gaat om de liedcultuur, het gebruik van werkvormen, een heldere en pakkende preekopbouw. Als we kinderen en jongeren, maar ook specifieke groepen als twintigers en dertigers niet leren integreren en participeren, dan raak je ze vanzelf kwijt.
Ik gaf mijn eigen kinderen voorheen een cursus in stilzitten van anderhalf uur. Op zichzelf prima om wat discipline te leren, maar ze werden eigenlijk nooit aangesproken, gezien of gehoord. Dat is ongehoord. Vandaag de dag preek ik in veel kerken waar op kindernevendienst wordt ingezet, maar dat is ook niet het beste alternatief. 'We halen de kinderen eruit als het gaat gebeuren', zei ooit een predikant mij. Hij doelde daarmee op de preek. Ergens had hij een punt. Kinderen zijn niet achterlijk en kunnen er veel van meenemen, maar geef ze dan een volwaardige plaats."
"Ik droomde er ooit van dat jonge kinderen aan de voeten spelen van de ouders, terwijl wij aanbidden. In de tegenwoordigheid van God," zegt hij. "Wat is er mis met een tiener die uit enthousiasme voor God een getuigenis geeft? Of jongeren die als groep een dans laten zien? Als de vorm maar diep geladen is met inhoud. Wat mij betreft geldt participatie ook voor de veertiger en de grijsaard. Het betekent niet dat een eredienst een soort bonte verzameling wordt aan werkvormen. Je moet het wijs en slim spreiden en een cultuur van liefde en eer voeden en vormen.”
Familiekwestie
“Het Koninkrijk van God is immers een familiekwestie,” gaat Maat verder. “Dat is bij Vader en Zoon en Heilige Geest al zo. In het begin zegt God: laat Ons mensen naar Ons beeld maken. Bij familie denk ik ook aan vreugde die er is tussen de Vader, Zoon en Heilige Geest is, de liefde die ze verbindt, de eer die er tussen hen is. Ik denk dat wij ook zo gemaakt zijn. Ik hoop dat er een dag komt dat ik kan zeggen: ‘Willen de kinderen naar voren komen om een gebed uit te spreken voor ouderen?’ Wees daarin ook creatief," adviseert hij.
Vriendschap
De generatiekloof, waar veel mensen het over hebben, is volgens hem non-existent. “Het is meer iets van de vorige generatie. Toen ik leidinggaf aan het landelijk jeugdwerk bij de HGJB was er sprake van allerlei eigen jeugdculturen en ontstonden initiatieven als jeugdkerken. De jongeren van vandaag, zitten anders in elkaar. Ze zijn vooral op zoek naar identificatie: ziet men mij staan? Wat moet ik doen? Waar moet ik naar toe? Als we hen uit het oog verliezen en er niet als geestelijke ouders voor ze zijn, zullen ze zelf een ingewikkelde zoektocht ondernemen.” Hij merkt vooral dat jongeren die gezien worden, niet uitmaakt met wie ze vriendschap sluiten. “Dat kan dus ook met iemand zijn van een oudere generatie, van wie ze veel kunnen leren. Als je bereid bent met kinderen, tieners en jongeren op te trekken, beleven ze dat als een soort vriendschap.”
Babyboomgeneratie
Ook de ouderen moeten we niet uit het oog verliezen, meent hij. Als het gaat over de babyboomgeneratie (van na de Tweede Wereldoorlog, red.), dan is dat volgens Maat een generatie die je niet kunt wegdenken. Hij zegt: “Zij dragen de traditionele kerk in Nederland, ook in financiële zin. Geef hen een stuk herkenbaarheid in liturgie en het aanbieden van pastorale begeleiding. Maar," waarschuwt hij, "laat hen niet de gestalte van het kerk-zijn van de toekomst bepalen. Zij mogen ook leren loslaten en dat gaat in veel gemeenten moeizaam of mondjesmaat. Ik zie kerkenraden waarin soms door ouderen jongere ouderlingen worden gekozen die volgzaam zijn of weinig potentie en visie. Dat is machtspolitiek bedrijven en dat is echt funest voor jonge generaties en gezinnen die iets meer willen."
Ruggengraat
Veel ouderen bemensen daarmee volgens Maat de traditionele kerken. "Zij houden delen van de kerk overeind, maar zijn vaak degenen die het moeilijk vinden om het geloof door te geven aan de volgende generatie. Onder andere omdat ze niet geleerd hebben erover te praten." Maat zegt – met pijn in het hart - dat dit ook wel eens kan komen, omdat zovelen geestelijk onvolwassen zijn gehouden en gebleven. Soms door de weinig appellerende preken en in een theologie waarin God vooral individueel geconsumeerd wordt als God van troost. “We moeten terug naar de essentie: Jezus Christus leren volgen en een actief leven door de Geest beoefenen. Ik hoop dat we groeien naar een gemeenschap die relationeel als een familie denkt en elkaar toerust voor een volwassen leven in Christus.”
Praatmee