Sjielabadadadadada - nu heb je het!
“Ik ga nu de volgende dopen. Deze vrouw spreekt nog niet in tongen, maar dat gaat ze straks wel doen.”
Dat vertelt Torben Søndergaard in één van de vele YouTube-video’s van 'The Last Reformation’. Dit is een beweging die veel nadruk legt op bekering, doop door onderdompeling, tongentaal en bevrijding van demonen. Je ziet in de video hoe Torben een vrouw in zee doopt. Na de onderdompeling begint Torben druk ‘tongentaalgeluiden’ te maken, hopend dat de vrouw mee gaat doen. “Sjielabadadadadada – nu heb je het!” Torben wijst op de mond van de vrouw en steekt richting de camera zijn duim omhoog. Maakt de vrouw inderdaad sjielabadada-geluiden? In ieder geval niet hoorbaar. Wel zegt ze dat de doop ‘wonderful’ is.
Volgens de website is The Last Reformation een beweging die ‘in snel tempo’ over de wereld gaat. Søndergaard ziet zijn beweging als de hervorming die de kerk terugvoert naar de tijd van het eerste christendom. Maarten Luther bracht in de zestiende eeuw de eerste Reformatie, Torben Søndergaard de laatste, zo zegt Torben zelf.
Honderdduizenden genezingen
Theoloog Teun van der Leer heeft vragen bij de beweging. Volgens hem kun je niet zomaar over de kerkgeschiedenis ‘heen springen’ en terugkeren naar de vroege kerk. “Zo lijkt het of de Geest tweeduizend jaar heeft liggen slapen”, zegt hij in het Nederlands Dagblad. Ook heeft hij twijfels bij de honderdduizenden genezingen die dankzij The Last Reformation plaats zouden vinden. “Als dat waar zou zijn, hadden we er via de seculiere pers allang iets van vernomen.”
Goede en terechte opmerkingen. De aanpak van Søndergaard komt vrij plat, schreeuwerig en eenzijdig over. Maar toch, het is te makkelijk om vanuit de ‘gevestigde kerken’ alleen maar pijlen af te schieten op The Last Reformation en andere pinksterbewegingen. Het kan je zelfvoldaan maken – en zelfvoldaanheid is een killer. Het werkt Geestdodend. Hoe komt het dat de pinksterbeweging zo’n aantrekkingskracht heeft op jongeren? Missen die jongeren iets in de ‘gevestigde’ kerken? Voelen ze er nog dat liefdesvuur, ‘de eerste liefde’ waarover de Heere Jezus spreekt in Openbaring 3:4?
Heb ik het dan wel?
“Sjielabadadadadada – nu heb je het!” Je kunt er lacherig over doen. Maar het is beter om jezelf de vraag te stellen: Heb ik het dan wel? En als je het misschien gisteren had – heb je dan vandaag dat vuur nog? Elke dag hebben we het weer nodig om te kijken naar Jezus Christus, de Leidsman en Voleinder van het geloof (Hebreeën 12:2). Alleen Hij kan dat vuur van de ‘eerste liefde’ ontsteken, voor het eerst of opnieuw.
Dat liefdesvuur is echt geen verzinsel. In de kerkgeschiedenis zijn er genoeg verhalen die ervan getuigen. Denk bijvoorbeeld aan de Ierse zendelinge Amy Carmichael (1867-1951). Zij deed zendingswerk in India en bevrijdde er honderden kinderen uit de tempelprostitutie. Wat haar dreef? Het liefdesvuur van Christus. “Deze liefde is de machtige, niet te weerstane stroom van heerlijke liefde. Deze liefde is de eerste vereiste voor een zendeling waardoor hij zich opoffert in Zijn dienst. O, moge deze passie ons verteren! Ons eigen ik uitbranden, ons doen branden van liefde tot Gods eer en heerlijkheid.”
Gertjan de Jong is medewerker communicatie bij jongerenorganisatie het LCJ.
Praatmee