Hoe jonge christenen en moslims samen werken aan vrede
Práát met elkaar. Als er iets is dat Noman Sajjad de afgelopen jaren heeft geleerd, dan is het hoe belangrijk dit is. Sinds 2015 werkt hij bij de Vredesafdeling van de Kerk van Pakistan in het bisdom Raiwind. In dit artikel vertelt hij hoe jongeren van verschillende religies samen werken aan verandering.
Het was 2008 toen ik ging studeren aan het Forman Christian College, een universiteit in Lahore. Ik begon aan een vier jaar durende studie massacommunicatie. Omdat ik uit Rawalpindi kwam, 400 kilometer bij Lahore vandaan, woonde ik vanaf dat moment in Ewing Hall, een hostel op de campus van de universiteit. Op de tweede dag zat ik te lunchen in de kantine. Een andere student, die in hetzelfde hostel woonde, kwam naast me zitten met zijn eten. Om het ijs te breken, stelde ik mezelf voor. Hij kwam uit een stad vlakbij Lahore, Mandi Bahaudin. Al snel realiseerde hij zich dat ik geen moslim was. Voor ik het wist, stond hij op, pakte zijn dienblad op en ging ver bij me vandaan zitten. Ik bleef doodstil en geschokt zitten. In mijn hoofd ging ik na of ik misschien iets verkeerds had gezegd. Het was een vreemde ervaring.
Goede vrienden
Er ging een maand voorbij waarin we geen woord met elkaar wisselden. Ondertussen bleef ik benieuwd wat er mis was gegaan. Toen er in ons hostel een badmintonwedstrijd plaatsvond, zag ik mijn kans schoon om weer met hem te praten. Na de wedstrijd raapte ik al mijn moed bij elkaar. Ik vroeg hem wat er nu precies was gebeurd in de kantine. Hij vertelde dat onze kennismaking de eerste keer was dat hij iemand van een ander geloof had ontmoet. In de stad waar hij vandaan kwam, had hij nog nooit een christen ontmoet.
Hij was opgevoed met de overtuiging dat niet-moslims ‘kaafirs’ (heidenen) zijn. Daar kun je geen vrienden mee zijn, was hem altijd geleerd. In zijn beleving waren alle niet-moslims fanatiekelingen. Maar tijdens die eerste maand in het hostel had hij nieuwe ervaringen opgedaan. Hij had geleerd dat niet-moslims net zo goed mensen en Pakistanen zijn als moslims. Ze hebben dezelfde cultuur, daardoor lijken ze op elkaar, was hij zich gaan realiseren. Dit besef hielp hem om zijn oude opvattingen en stereotypen aan de kant te zetten. Na dat gesprek was zijn kille benadering voorgoed verleden tijd. We werden goede vrienden en zelfs nu is de vriendschap nog steeds heel hecht.
Jongeren
Sinds deze ervaring is het mijn verlangen om mensen van verschillende geloven met elkaar in contact te brengen. Ik wil dat ze gaan samenwerken en een relatie opbouwen. Vanwege deze passie ben ik in 2015 gaan werken bij de Vredesafdeling van de Kerk van Pakistan in het bisdom Raiwind.
De Vredesafdeling is opgezet in 2004. In die tijd wilde de kerk iets doen aan de groeiende radicalisering en de kloof tussen religieuze groepen. Het bisdom begon mensen met verschillende achtergronden bij elkaar te brengen. Er werd van alles georganiseerd, denk aan sportactiviteiten, interreligieuze dialoog of gezamenlijke vieringen van religieuze feestdagen.
Aanvankelijk richtte het bisdom zich vooral op religieuze leiders, later verschoof de aandacht naar jongeren. In Pakistan bulkt het van de jeugd, er is dus een enorm potentieel. Het bisdom realiseerde zich dat jongeren een richting nodig hebben in
hun leven en wilde hen activeren om zich in te zetten voor vrede en vrijheid. Door de Vredesafdeling op te zetten, werd het mogelijk om de energie van jongeren te kanaliseren in de juiste richting. Bovendien is het effectiever om met jongeren te werken.
Veilige plek
De Vredesafdeling organiseert activiteiten waar mensen met verschillende achtergronden elkaar kunnen leren kennen, kunnen samenwerken en bij elkaar betrokken kunnen raken. Deelnemers zijn bijvoorbeeld religieuze leiders, jongeren en vrouwen. Het bisdom creëert voor hen een veilige plek waar ze kunnen praten over sociale thema’s en waar ze samen kunnen zoeken naar oplossingen.
Een van de activiteiten is sport. Iedereen houdt van cricket. Als het gaat om deze sport, voert nationalisme de boventoon. We gebruiken dit mechanisme zodat mensen nauwer bij elkaar betrokken raken en vriendschapsbanden steviger worden. Muziek is een andere vorm. Muziek brengt liefde en verbindt mensen met heel verschillende achtergronden aan elkaar. Zo hebben we bijvoorbeeld op de nationale feestdag van Pakistan een Vredesconcert georganiseerd. De muzikanten, universitaire studenten en jonge professionals, speelden soefi-muziek voor meer dan vijfhonderd jonge en oude mensen uit vijf verschillende geloofsgemeenschappen. Al deze mensen waren bij elkaar gekomen voor de muziek. De muziekgroep heeft ook rondgetoerd door het land. We hebben met eigen ogen gezien hoe krachtig muziek is als hulpmiddel om
mensen dichter bij elkaar te brengen.
In maart 2016 nodigde de Kerk van Pakistan voor het eerst in de geschiedenis een eunuch uit. Oorspronkelijk was het plan om een bewustwordingscampagne te voeren, met als thema ‘Be the change’ (wees de verandering). Toen ik nadacht over dit thema, realiseerde ik me dat er nog veel meer groepen in Pakistan zijn die kwetsbaar zijn. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor mensen die geslachtsverandering hebben ondergaan, transgenders en hermafrodieten (mensen met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtskenmerken). Ze hebben hun eigen gemeenschap moeten verlaten en leven in kolonies bij elkaar. Ze noemen zich de ‘derde sekse’.
Zij zijn meer gemarginaliseerd en buitengesloten zijn dan welke religieuze groep ook. Daarom wilde ik hen uitnodigen. Bij de organisatie van deze bijeenkomst liepen we tegen allerlei obstakels aan, maar uiteindelijk is het gelukt. Het was een eyeopener voor mij en voor de tweehonderd andere mensen in de zaal. De boodschap ging over muren en grenzen heen.
Het volledige verhaal is te lezen in het boek Mensen van Hoop waarin christenen in Pakistan vertellen hoe zij vechten voor voor vrede en een rechtvaardige samenleving. Niet alleen voor zichzelf, maar ook voor andere minderheden die te maken hebben met discriminatie en geweld. Het boek Mensen van Hoop gaat over hun geloof, hun vastberadenheid en hun kracht is gratis te bestellen.
Praatmee