Vrouw van Iraanse pinksterleider veroordeeld tot vijf jaar gevangenisstraf vanwege gebed
De vrouw van een voormalige Assyrische leider van een pinkstergemeente in Iran is veroordeeld tot vijf jaar gevangenisstraf, omdat ze de nationale veiligheid in gevaar zou hebben gebracht. Maar mensenrechtenadvocaten zeggen dat ze wordt gestraft voor het bidden met andere christenen, schrijft The Christian Post.
Het Centrum voor Mensenrechten in Iran (CHRI) meldde maandag dat rechter Mashallah Ahmadzadeh van het Revolutionair Gerechtshof in Teheran eerder in januari een vijfjarig vonnis had uitgesproken tegen Shamiran Isavi, de vrouw van Victor Bet Tamraz. “Voor zover we weten, en gebaseerd op de verklaringen van mevrouw Isavi, is er geen bewijsmateriaal gepresenteerd om aan te tonen dat zij betrokken was bij het bespioneren of het verstoren van de nationale veiligheid. Ze heeft alle beschuldigingen ontkend,” zei Kiarash Alipour, een woordvoerder van een organisatie die zich richt op christenen in Iran.
“Mrs. Isavi verklaarde tijdens het verhoor dat toen de Assyrische pinkstergemeente werd gesloten, zij naar huiskerken ging, bad met medechristenen en het Heilige Boek besprak,” zei Aliipour. “Het is verbazingwekkend dat de nationale veiligheid van een land kan worden bedreigd door een bijeenkomst van christelijke gelovigen.”
Ambtenaren beweren dat Isavi ‘handelde tegen de nationale veiligheid’ door het organiseren van kerkelijke bijeenkomsten in huizen, wat niet is toegestaan in Iran, en door het bijwonen van christelijke seminars in het buitenland. Tamraz, Isavi en hun zoon werden gearresteerd in december 2014, samen met twaalf andere bekeerlingen. De voorganger en twee van de bekeerlingen werden tot tien jaar gevangenisstraf veroordeeld. Een andere bekeerling kreeg vijftien jaar opgelegd.
De Iraanse regering, die de afgelopen maanden te maken kreeg met publieke protesten tegen corruptie, gaat onverminderd door met hard optreden tegen christenen. Iraanse bronnen zoals Mohabat News vermelden dat gelovigen aan de autoriteiten melden dat ze worden geslagen, vanwege hun geloof in Jezus Christus of dat ze worden gedwongen het land te verlaten.
De Amerikaanse Commissie voor Internationale Religieuze Vrijheid heeft Iran genoemd als een van de vijf ergste landen ter wereld als het gaat om blasfemiewetten en de behandeling van minderheden. Op de Ranglijst Christenvervolging staat het land op de tiende plek.
Bisschop Sibo Sarkisian, de Armeens-orthodoxe bisschop van Teheran, heeft onlangs de discussie aangewakkerd door te beweren dat christenen ‘volledige vrijheid genieten’ in Iran. Hij zei vorig jaar dat christenen ‘op geen enkele manier vervolgd worden’ en dat er enige beperkingen zijn om hun geloof in het openbaar te delen. Mohabat News reageerde op deze bewerking, door te benadrukken dat evangelisatie voor christenen een Bijbelse opdracht is. Een evangelisatieverbod zou dan ook een deel van het geloof beperken.
CHRI wees erop dat de uitdagingen voor christenen in Iran nog steeds aanzienlijk zijn. Zo heeft rechter Ahmadzadeh sinds maart vorig jaar ten minste zestien bekeerlingen tot gevangenisstraffen van vijf tot vijftien jaar veroordeeld.
Praatmee