Koerdische kerken in Afrin smeken om einde van de Turkse aanvallen
Afrin is een gebied in het meest noordwestelijke deel van Syrië. Het is een van de kantons van de Federatie van Noord-Syrië. Het is echter afgezonderd van alle andere gebieden van deze Federatie. In het noorden en westen grenst Afrin aan Turkije. In het zuiden en oosten grenst het aan gebieden gecontroleerd door de islamistische rebellen of het Syrische Assad-regime. Vanwege deze isolatie is het voor westerlingen erg moeilijk om te bereiken.
Dankzij het feit dat de Koerdische kerken in Afrin goed verbonden zijn met de Koerdische kerken elders in Syrië, is het mogelijk om een betrouwbaar beeld van hun situatie te schetsen.
De evangelische kerken onder de Koerdische bevolking in Afrin begonnen ongeveer 10 jaar geleden. Het is echter pas sinds het begin van de burgeroorlog dat deze kerken begonnen te groeien. Dit was ook mogelijk omdat de Federatie van Noord-Syrië de volledige vrijheid van godsdienst realiseerde die de publieke vestiging van kerken en zendingswerk mogelijk maakte. 95% van de gelovigen heeft een moslimachtergrond, dus bijna alle kerkleden zijn bekeerlingen. Er zijn minstens drie christelijke gemeenten in de verschillende delen van Afrin. De grootste congregatie bestaat uit ongeveer 200 gezinnen.
Op 19 januari begonnen het Turkse leger en de geallieerde islamistische milities (waaronder ook Al Qaida) een aanval op Afrin onder het voorwendsel van het idee dat de YPG een terroristische groepering is. De YPG maakt deel uit van de Syrische Democratische Strijdkrachten (SDF) die samenwerkt met Amerikaanse en Europese strijdkrachten om IS te verslaan. In deze poging bevrijdde de SDF Raqqa en geheel Oost-Syrië van IS.
Sinds het begin van de Turkse invasie van Afrin hebben de Koerdische kerken verklaringen uitgegeven waarin ze de wereldwijde christelijke gemeenschap vragen om een onmiddellijk einde van de Turkse aanvallen.
Op 20 en 21 januari verklaarden drie Koerdische kerken (in Rajo, Raey en Metaley): "Als de leiders van de christelijke kerken in Noord-Syrië bevestigen we dat Afrin onder vuur ligt. De levens van onze vrouwen en kinderen lopen gevaar. De stad Afrin wordt gebombardeerd door Turkse luchtaanvallen. We vragen om interventie en bescherming tegen de gewelddadige aanvallen. Veel mensen zijn in levensgevaar. We hebben hulp nodig en steun. We kunnen onszelf of onze families niet beschermen tegen deze aanvallen, noch kunnen we hulp of onderdak bieden aan onschuldigen. In naam van Jezus Christus vragen gelovigen in Afrin aan regeringen en de internationale gemeenschap: laat ons alsjeblieft niet alleen en sta naast ons want we zijn in groot gevaar door Turkije en zijn jihadistische alliantie." Daarnaast schreef Pastor Valentin Hanan van de Kerk van de Goede Herder in een e-mail aan zijn achterban op zondag 21 januari: "We zijn op dit moment zwaar beschoten en islamitische groepen dreigen het gebied binnen te komen."
De Turkse luchtmacht bombardeerde veel civiele doelen en de ziekenhuizen zijn overvol. De VN-Veiligheidsraad is al bijeen gekomen, maar Rusland weigert de Turkse luchtmacht te stoppen en de VS lijkt bereid een aanzienlijk deel van Noord-Syrië aan Turkije te geven. Voor de Koerdische christenen is dit een angstaanjagend beeld. De door Turkije gesteunde jihadistische milities hebben al eerder gezegd: "hier is geen plaats voor christenen".
De Koerdische christenen bidden dat de christelijke gemeenschap de westerse politieke leiders duidelijk zal maken dat de Turkse agressie gestopt moet worden en dat er een onmiddellijk einde moet komen van het geweld tegen hun volk in Afrin.
Dit artikel is geschreven door Johannes de Jong, directeur van Sallux.
Praatmee