TWR-directeur: "Wij willen meer actief zijn in gesloten landen"
Er zijn landen waar evangelisatie verboden is en christenen moeten vrezen voor hun leven. Juist daar wil Trans World Radio mensen bereiken met het goede nieuws van Jezus Christus. “Wij willen meer actief zijn in gesloten landen,” vertelt Hubrecht Smits, directeur van Trans World Radio (TWR). Hij legt uit waar zijn organisatie zich dit jaar op gaat richten.
Trans World Radio wil zich vooral concentreren op landen die gesloten zijn. Wat is een gesloten land en aan welk land moet ik bijvoorbeeld denken?
“Klassieke gesloten landen zijn landen waar veel christenvervolging plaatsvindt,” maakt Smits duidelijk. “Denk bijvoorbeeld aan de top-10 van de Ranglijst Christenvervolging van Open Doors. In acht van die tien landen financieren wij radioprogramma’s. Maar er zijn ook landen die minder gesloten zijn en waar zich vooral gesloten groepen bevinden waar het Evangelie nauwelijks ingang krijgt. Zo richten we ons bijvoorbeeld op de Senufo’s in West-Afrika.” Senufo is een volk dat leeft in het noorden van Ivoorkust, het zuiden van Mali en het uiterste oosten van Burkina Faso. “Slechts een klein percentage van de Senufo’s noemt zichzelf christen.”
Op welke wijze willen jullie de Senufo’s bereiken?
“In diverse regio’s kunnen we gebruik maken van FM-stations. Dat geeft al aan dat dit gedeelte van West-Afrika niet tot de klassieke gesloten landen behoort, want dat is daar onmogelijk. Voor een groot gedeelte moeten we het ook hebben van mond-tot-mondreclame. Veel luisteraars weten ons te vinden omdat een bekende opmerkt: ‘Daar moet je ook eens naar luisteren.’”
Jullie gaan je ook meer richten op promotie via internet. Op welke manier?
De directeur verwijst ter illustratie naar India. “Dit land kent twee gezichten. Op het platteland hebben mensen bijvoorbeeld geen toegang tot internet. Hen proberen we voornamelijk te bereiken via radio-uitzendingen. Maar er is ook een deel van de bevolking dat leeft in de steden en een ‘westers leven’ leidt. Voor hen hebben we internetprogramma’s ontwikkeld. Voor vluchtelingkinderen in de Arabische wereld zijn er bijvoorbeeld apps met spelletjes zodat ze spelenderwijs in aanraking komen met Bijbelverhalen.” Dit brengt echter een nieuwe uitdaging met zich mee: dergelijke online initiatieven zullen moeten worden gepromoot, b.v. via sociale media, omdat de doelgroep anders dan bij radio zelden bij toeval of door mond-tot-mond reclame op het spoor van deze initiatieven komt.
Eén van jullie speerpunten in 2018 is opnieuw meer kerken, scholen en bedrijven betrekken bij het werk van de organisatie. Hoe geven jullie hier handen en voeten aan?
“Dichtbij huis, om precies te zijn in België, zijn we van plan om kerkdiensten uit te zenden. In Nederland maakt bijna iedere kerkelijke gemeente gebruik van kerktelefoon of een livestream via internet. In België is dat niet het geval. Onze zuiderburen hebben vooral rooms-katholieke wortels. In die traditie neemt de preek een minder belangrijke plaats in.”
In Mozambique is TWR een samenwerking aangegaan met een kerkelijke theologieopleiding. “In landen als Mozambique bevinden zich relatief veel mensen die het verlangen hebben om theologie te studeren maar daar niet de mogelijkheden voor hebben. Zo zijn de afstanden vaak te groot om naar een seminarie te gaan. Daarom gaan wij colleges via radio uitzenden die worden ondersteund door het seminarie van de kerken. Zending is een belangrijke taak van de kerk en op deze manier willen we daaraan bijdragen.”
Als directeur van TWR hoort u regelmatig hoe luisteraars door het Evangelie worden geraakt. Welk getuigenis is u bijgebleven?
“Onlangs belde een vrouw mij in tranen op. Door omstandigheden is het voor haar niet meer mogelijk om ons werk financieel te ondersteunen. ‘We bidden iedere dag en dat blijven we doen,’ voegde ze toe. Dit toont aan hoe trouw onze achterban is.”
Smits herinnert zich een bijzonder gesprek met een evangelist toen hij vorig jaar een bezoek bracht aan West-Afrika. “Die evangelist is aan de hand van een radio-uitzending tot bekering gekomen. Toen hij de keuze nam om de Heere Jezus te volgen is deze broeder uit zijn gezin verstoten. ‘Je bent mijn zoon niet meer,’ kreeg hij van zijn vader te horen. Desondanks is hij trouw gebleven aan zijn familie, onder meer op financieel gebied. Die liefdevolle steun heeft indruk gemaakt op zijn vader en moeder. Inmiddels heeft zijn moeder zich tot Christus bekeerd en stelt zijn vader zich minder afwijzend op. Dit bijzondere voorbeeld laat zien hoe het Evangelie christenen aanmoedigt om die boodschap door te geven.”
Praatmee