De kerk in Nederland: organisatie of gemeenschap van gelovigen?
Een kerk is een onderdeel in de maatschappij. In de maatschappij ontstaan er ook ontwikkelingen die invloed uitoefenen op de kerk. Enkele zaken die onmiskenbaar een invloed uitoefenen op de kerk in groter verband en op de plaatselijke gemeente zijn de soms overgeorganiseerde structuren en het commerciële en materiele denken.
Hierdoor is de kerk in de loop der eeuwen veranderd van een gemeenschap der heiligen naar een instituut en vervolgens in een organisatie, die meer lijkt op een bedrijf dan op een geloofsgemeenschap.
We hebben overal onze organisaties en commissies voor in het leven geroepen waar wij diaconaat, zending, evangelisatie en pastoraat aan gedelegeerd hebben. Met gevolg dat het grootste deel van een gemeente op afstand staat, het waarneemt, gadeslaat en zo rustig profiteert van het kerkelijk bedrijf.
Dit mag dan vanzelfsprekend een paar eurotjes per week kosten.
Ik begrijp dat er zaken geregeld en georganiseerd moeten worden, maar het is wel de vraag of wij het wezen van de kerk niet kwijt zijn geraakt. Namelijk een gemeenschap van christenen die uit de wereld geroepen en apart gezet is en zo met de geschonken talenten elkaar dienen en een lichtend licht en een zoutend zout zijn. Hierdoor herkenbaar in de wereld!
Bovenal zullen we dan samenkomen als gemeente om God te prijzen door aanbidding en lofprijzing. Hierbij hoort de prediking van bemoediging, vertroosting, vermaning en niet te vergeten de leerdienst om toegerust te worden om een Woord voor de wereld te hebben om ook te getuigen van de hoop die in ons is.
Zou het genoemde ook niet heilzaam werken in de binding aan de kerkelijke gemeente als dit ervaren en beleefd wordt. Zou dit ook kunnen voorkomen dat velen de traditionele gemeenten verlaten en er een wildgroei is van diverse vrije groepen en gemeenten.
Is het misschien een onbetaalde rekening van ons kerkelijk bedrijf, dat het hart van velen niet meer raakt, omdat we drukker zijn met commissies en beleidsplannen. Maar ondertussen het laten gebeuren dat veel gemeenteleden de kerk verlaten, of hun heil gaan zoeken in een andere kerk of religieuze gemeenschap. Om zo een invulling te geven voor een gemis in welke vorm dan ook.
In enkele woorden heb ik getracht te prikkelen tot overdenken en niet met de bedoeling om oplossingen aan te dragen, want de toepassing maakt de lezer zelf. Wat ik u niet wil onthouden is een overdenking van de bekende ds. J. Overduin (overleden in 1983, red.)
Wij willen met u gaan, want wij hebben gehoord, dat God met u is - Zach. 8:23b.
Wij klagen over de afval van de kerk en over de geringe werfkracht van de kerk.
Men probeert met kunst en vliegwerk de zaak bij elkaar te houden en mensen te trekken.
Dit alles is een ijdel gebaar, indien het voornaamste ontbreekt, namelijk dat God met ons is.
De grootste reclame van de kerk voor de wereld is het simpele en tegelijk geweldige feit,
dat God in Christus niet tegen ons maar voor ons is.
Indien God werkelijk met ons is, dan blijft dat voor de wereld heus niet verborgen.
Dat is een enorme kracht en een onaantastbare blijdschap.
Waarom willen die tien mannen uit allerlei volken zo graag naar de kerk optrekken?
Zij hebben gehoord, dat God met de kerkgangers is. Dat blijkt uit heel hun levensgedrag.
Laten wij zo in geloof en bekering leven, dat God met ons is. Dan gebeurt er veel.
Praatmee