"Als christenen zouden we ervoor moeten waken om het verleden te idealiseren. De mens is altijd hetzelfde gebleven: een kind van Adam die alleen door geloof in Christus zalig wordt." Ds. J. J. van Eckeveld viert volgend jaar zijn 40-jarig ambtsjubileum. Al die jaren staat hij op de kansel van de gereformeerde gemeente in Zeist. "Ik vind het niet goed wanneer een predikant zo lang in dezelfde plaats blijft. Laat mij dan maar een uitzondering zijn die de regel bevestigt," vertelt de synodepreses van de Gereformeerde Gemeenten.
Bij Van Eckeveld ontstond al op jonge leeftijd het verlangen om dominee te worden. "Maar als ik er als mens naar zou verlangen, zonder dat de Heere roept, zou ik mijn eigen weg gaan. Dat is een persoonlijke weg mijn tussen hart en de Heere. Dat ik als 23-jarige door het curatorium werd toegelaten, beschouw ik als een bevestiging." In zijn begintijd vond Van Eckeveld het predikantschap best ingewikkeld. "Ik werd gebombardeerd tot voorzitter van een kerkenraad. Ik had tijd nodig om in mijn rol te groeien. Opeens moet je leiding geven aan tien ouderlingen, zes diakenen en een voltallige gemeente. Dan kom je als jongeman bij tachtigers over de vloer. Ik heb toen zoveel mogelijk geprobeerd te luisteren. Met vallen en opstaan vond ik mijn weg."
Ook dominees zouden het belang van vrije tijd volgens hem niet mogen onderschatten. "Mijn vrouw en ik hebben zeven kinderen mogen ontvangen. Het werk als dominee legt een behoorlijke claim op je vrouw en kinderen. Nee, ze hebben er niet onder geleden. Maar van tijd tot tijd moesten we er echt even tussenuit. Dan bedoel ik ook echt het huis uit. Vakantie in eigen huis werkt niet. Dat hebben we dan ook veelvuldig gedaan. Regelmatig gingen we als gezin naar Zwitserland. Vaak een week of twee, drie. Afstand nemen van het werk is soms hard nodig. Ook in de loop van het kerkelijk jaar ga ik er zo nu en dan een paar dagen tussenuit."
"Het werk als dominee legt een behoorlijke claim op je vrouw en kinderen. Van tijd tot tijd moesten we er echt even tussenuit"
Van Eckeveld heeft altijd de overtuiging gehad dat Zeist de plek is waar hij door God is geplaatst. "Ik heb tientallen beroepen gehad, maar slechts één keer woog een beroep mij heel zwaar. Na drie weken bedenktijd wist ik het nog steeds niet. Een beroep uit een gemeente in de VS. Die gemeente en Zeist trokken even hard aan mij. Vervolgens heb ik dat tegenover de Heere gezegd: ‘Ik weet niet wat ik moet doen, wilt U de weg wijzen?’ Na dat gebed viel de gemeente uit de VS van mij af en kreeg ik weer zoveel liefde voor Zeist. Toen zei ik: ‘Dank U Heere, nu weet ik het. Ik mag bedanken.’"
"Ik vind dat het niet goed is dat een predikant heel lang ergens staat," voegt de synodepreses toe. "Omdat iedere dominee zijn eenzijdigheden heeft. Daarom is het goed dat een predikant van tijd tot tijd ergens opnieuw begint. Maar in mijn geval had ik vanuit een verstandelijke redenering ‘ja’ moeten zeggen. Dat kan en wil ik niet. Ik moet weten dat de Heere mij de weg naar een nieuwe gemeente wijst. Daarom zie ik mijzelf als een uitzondering die de regel bevestigt. Misschien heb ik het persoonlijk ook nodig. Veertig jaar lang moeten mijn preken helemaal nieuw zijn, omdat je in je eigen gemeente niet met oude preken aan kunt komen."
"We weten niet hoe de toekomst van ons land eruit komt te zien, maar verdrukking kun je niet uitsluiten. Een regering die niets meer kent en begrijpt van het christendom kan het begin zijn van vervolging"
De predikant vindt dat het verleden niet verheerlijkt moet worden. "Uiteindelijk is de mens hetzelfde gebleven. We zijn allemaal kinderen van adam die door het geloof in Christus zalig moeten worden. Wat ik in deze tijd vooral ingrijpend vind, is dat miljoenen mensen in ons land eigenlijk geen idee hebben waar het over gaat, als we spreken over leven naar het Woord van God. Men begrijpt er zo weinig meer van. Het doet mij denken aan de tijd toen Israël in Egypte verbleef. Zolang er een farao was die Jozef nog gekend had, ging het nog goed. Maar later kwam er een farao die Jozef niet meer gekend had. Sindsdien werden de Israëlieten vervolgd. We weten niet hoe de toekomst van ons land eruit komt te zien, maar het zou zomaar kunnen dat dit zich gaat herhalen. Een regering die niets meer kent en begrijpt van het christendom kan het begin zijn van vervolging. Dat kun je nooit uitsluiten."
De predikant herinnert zich een gesprek tijdens een vliegreis. "Toen merkte ik hoe moeilijk het is om mijn overtuiging aan een seculier mens uit te leggen. Volgens mij moet je als christen zoveel mogelijk proberen om het hart van het Evangelie onder woorden te brengen. Dan kom je uit bij het werk van Christus. Ook is er duidelijk verschil tussen theorie doorgeven en communiceren vanuit het hart. Vroeger zei men wel eens: ‘Wanneer moeder uit de keuken komt, kun je ruiken dat ze eten heeft gekookt’. Het is een zegen als we de geur van Christus mogen verspreiden omdat we Hem in het geloof ontmoet hebben. Zo worden anderen jaloers gemaakt en door de Heere getrokken."
Praatmee