Een 'schreeuwende predikant', 'smartphones', er 'onverzorgd uitzien' als predikant, 'extreem lange gebeden', 'rommel' die op de kansel wordt meegenomen: het zijn allemaal zaken waar christenen zich aan irriteren tijdens een preek. Voor het CIP.nl preekonderzoek lieten 1800 respondenten weten waar ze zich aan ergeren tijdens een preek. En ze lieten ons weten waar ze veel zegen van mogen ondervinden tijdens een preek. Over dat laatste morgen meer. Vandaag: de top 5 ergernissen tijdens een preek.
Naast de ietwat grappige ergernissen ('wanneer de dominee gaat zingen op de kansel', 'een dominee die in een kerk vol grijze muizen gaat waarschuwen tegen disco's', 'mensen die gaan plassen tijdens de preek') en waarvan we er inmiddels al heel wat van hebben genoemd in dit artikel, kwamen er vooral serieuze reacties binnen. Los van het feit dat christenen toch gekenmerkt mogen worden aan de vrucht van de Geest, verschaffen deze ergernissen inzicht in hoe je als predikant en spreker, op technisch vlak, je preek kunt verbeteren.
Stipt op nummer 1 in de Top 5 van preekergernissen staat (onnodige) herhaling. Wanneer een spreker dingen gaat herhalen terwijl hij z'n punt al lang en breed heeft gemaakt (en ook geen nieuwe inzichten weet te communiceren) beginnen mensen niet alleen in de kerkbank te wiebelen, maar men begint zich er dan ook er aan te irriteren omdat het steeds moeilijker wordt om de aandacht erbij te houden. Mensen lijken hier indirect ook mee aan te geven dat ze erg gewillig zijn om te 'investeren' in het beluisteren van een preek, maar vinden het jammer wanneer achteraf blijkt dat ze (figuurlijk gesproken) twintig minuten voor niets hebben geluisterd, omdat de predikant twintig minuten heeft herhaald wat hij in de voorafgaande twintig minuten heeft verteld. De herhaling lijkt met name in de hand te worden gewerkt door 'over-de-top-retoriek', onvoldoende voorbereiding (en daarmee diepgang) en het 'moeten volmaken van de preektijd'.
Op de tweede plek staat 'te weinig diepgang'. Wanneer mensen naar een preek luisteren, dan willen ze vooral opgebouwd, bemoedigd en geïnformeerd worden. Wanneer de preek tegenvalt, zijn mensen geneigd om te stellen dat het onvoldoende diepgaand was (overigens een term die subjectief is). Of dit feitelijk ook altijd zo is, valt natuurlijk te betwijfelen. Vaak ontbreekt het in een preek namelijk niet zozeer aan diepgang, alsmede het vermogen om wat in de Bijbel staat als 'diepgaand' te communiceren. Wat wel met zekerheid kan worden gezegd, is dat mensen geraakt willen worden door de boodschap en het 'diep in hun hart doordringt'. Zo lieten respondenten weten dat de preek vaak 'blijft hangen bij rechtvaardigmaking', 'dat Jezus voor je zonden stierf', 'bestaat uit praatjes', 'te wollig is' of 'onvoldoende context biedt'.
Cruciaal bij het vasthouden van de aandacht van de hoorders is de eis dat een preek samenhangend is. Mensen willen weten waar een preek over gaat en willen het verhaal (en de redenaties van de spreker) kunnen volgen. Wanneer een predikant te veel 'uitstapjes' doet in z'n preek naar 'bijzaken', dan hebben mensen onvoldoende door wat de daadwerkelijke boodschap is die de predikant wil brengen en dreigt men af te haken. Vaak snappen mensen niet of onvoldoende wat iemand heeft willen zeggen tijdens de preek. De constatering dat veel preken niet samenhangend zijn is dan ook een van de voornaamste redenen waarom mensen de preek van afgelopen zondag op maandagmorgen niet meer kunnen herinneren. En dat is niet al te best, omdat men daarmee ook het gevoel heeft uiteindelijk 'weinig te hebben gehad' aan de preek.
Alle respondenten vulden hun zegeningen en ergernissen naar aanleiding van een preek in met betrekking tot hun eigen kerk. Des te verrassender was het dat het 'toontje van de dominee' enorm vaak werd genoemd als een bron van ergernis. Veel mensen hebben weinig goeds over voor 'het saaie', 'zangerige', 'verhullende' toontje van de dominee. Helemaal wanneer dit gepaard gaat met de zogenaamde tale Kanaäns. Met name in de rechterflank van de traditionele kerken spreken predikanten vanaf de kansel anders dan in het dagelijks leven. Enerzijds doet men dit vanwege oratorische redenen. Anderzijds omdat men dit simpelweg gewend is om te doen. Men irriteert zich hieraan omdat met dit 'toontje van de dominee' afstand wordt geschapen tussen de dominee en het 'kerkvolk' - en daarmee het dagelijks leven. Hierdoor komt de spreker ook niet over als authentiek en iemand die gelijk is aan de rest van de mensen in de kerk.
Mensen willen weten wat ze met een preek kunnen. Met andere woorden: een preek moet niet alleen theologisch zijn ('studeerkamergeleerdheid,' zoals iemand het noemde), maar ook praktisch. Om die reden stellen mensen het op prijs wanneer er niet alleen een Bijbelgedeelte wordt verklaard, maar wanneer er ook duidelijk gemaakt wordt wat je hier in het dagelijks leven aan hebt en hoe dat gestalte zou kunnen krijgen. Hoe kun je de uitspraken van Jezus zelf uitleven? En wat voor verschil maakt dat? Over het algemeen leeft de tendens dat een preek vooral praktijk moet worden. Dit hangt ook samen met het getuigenis van een christen naar de maatschappij toe; ten diepste gelooft men namelijk dat het christelijk geloof niet alleen een theoretisch verhaal is over God en de wereld, maar is men er ook van overtuigd dat dit verhaal in het dagelijks leven zichtbaar dient te worden.
Praatmee